Doctor Strange

Er wordt wel eens gezegd dat er te veel superheldenfilms uitkomen, de laatste jaren. Wat precies kwalificeert als 'te veel' is wellicht subjectief, maar het aantal op Marvel, DC of een andere uitgever gebaseerde films per jaar is inmiddels wel duidelijk hoger dan het, pak 'm beet, tien jaar geleden was.

Marvel Studios heeft de twijfelachtige eer daar de grootste schuldige aan te zijn, want hun Marvel Cinematic Universe, het langetermijnplan ten opzichte van films en de wijze waarop ze fans geïnteresseerd houden in volgende releases, werd snel door anderen nageaapt. Maar toch is het niet echt eerlijk om alles wat Marvel onder eigen vlag uitbrengt te bestempelen tot 'superheldenfilms'. Want zeker na de eerste Avengers begon de studio toch een beetje te variëren in de verhalen: minder origineverhalen en meer verschillende thema's, zoals spionagethriller The Winter Soldier, heist comedy Ant-Man of ruimtefantasy The Dark World.

Natuurlijk gaan we niet ontkennen dat Captain America, Ant-Man en in zekere zin ook Thor superhelden zijn, maar er is een verschuiving gaande. Eentje die dit jaar nog meer vorm kreeg; FOX kwam met Deadpool aanzetten, over iemand die weliswaar superkrachten krijgt en een strakzittend pakje aantrekt, maar die absoluut niet bezig is de held uit te hangen of te strijden voor het goede. En in Batman v Superman: Dawn of Justice en Captain America: Civil War waren de zogenaamde helden voornamelijk met elkaar bezig.

Doctor Strange

De grootste afwijking van het concept komt echter deze week, wanneer Marvels nieuwste 'held' zich kenbaar maakt aan de wereld: Doctor Strange. Een dokter? Jazeker. Is-ie raar? Ja, maar dat is ook gewoon zijn naam. Wordt daar in de film een grapje over gemaakt? You betcha. Maar in plaats van een superheld die het tegen bad guys opneemt is deze arts iemand met een innige kennis van de magische en multidimensionale wereld. Dat impliceert een nieuwe, radicale richting in wat we tot nu toe van Marvel gezien hebben, en hoewel Doctor Strange thematisch en visueel de lat weer een klein beetje hoger legt, heeft de studio hooguit op hun tenen gestaan om die nieuwe hoogte te bereiken.

Doctor Stephen Strange is een briljant neurochirurg. Een beetje te briljant, eigenlijk, want hij is gewoon een arrogante lul. Hij wijst gerust een mogelijke patiënt af omdat diens zaak te min is voor zijn intellect en klaagt in de operatiekamer dat het tikken van iemands horloge hem uit zijn concentratie haalt.

Wanneer hij op een dag achter het stuur zit, maar niet goed oplet wat hij doet, raakt hij betrokken bij een serieus ongeluk. Hij belandt zwaargewond in het ziekenhuis en blijkt onherstelbare zenuwschade in zijn handen te hebben opgelopen. Dat betekent dat hij niet langer in staat is zijn werk te doen en dus dat zijn carrière, of zoals hij het ziet, zijn leven, voorbij is. Geobsedeerd door zijn nieuwe situatie belandt hij uiteindelijk in Kamar-Taj, een gemeenschap van magiërs, omdat hij heeft gehoord dat een unieke en onwaarschijnlijke vorm van genezing daar mogelijk is.

Zijn zoektocht leidt Strange uiteindelijk niet zozeer naar genezing, maar naar de openbaring van een nieuwe wereld, eentje waarin hij zich, nog steeds in de hoop op herstel van zijn handen, volledig in onderdompelt.

Doctor Strange: Mads Mikkelsen

Doctor Strange is natuurlijk wel weer een origineverhaal. Arrogante arts leert een nieuwe kant van zichzelf kennen en wordt daardoor een beter mens. Heel erg Hollywood. Maar echt een beter mens wordt hij niet; hij wil gewoon beter worden, en niet zozeer als mens. Hij wordt wel heel goed, als magiër, en natuurlijk raakt hij daardoor betrokken bij de strijd die zijn collega's hebben met andere afvallige magiërs. Deze 'zealots' willen, om het maar even simpel en veel te onnauwkeurig te omschrijven, de wereld vernietigen, en Strange raakt betrokken bij het bestrijden ervan. So far, so not very original.

Het probleem met Doctor Strange is eigenlijk dat de film zich voordoet als radicaal anders dan wat we gewend zijn van Marvel, terwijl dit best wel meevalt. Immers: dit is Marvel Studios, en Marvel Studios speelt altijd op safe, zelfs als ze een titel hebben waarmee ze feitelijk helemaal los kunnen gaan op in ieder geval visueel gebied. Het is zeker zo dat de magische kant van het Marvel Cinematic Multiverse (ja, dat lees je goed) er interessant, anders dan het voorgaande en soms misschien licht psychedelisch uitziet, maar het voelt nooit aan alsof regisseur Scott Derrickson de ruimte heeft gekregen, of genomen, om echt helemaal los te gaan. Wanneer Strange door vreemde werelden schiet wordt de kijker verwelkomd met vreemde beelden van wormholes, buitenaardse werelden en andere vreemde zaken, maar toch niet bepaald meegenomen in een psychedelische trip, waar dat door de visual effects stiekem wel wordt gesuggereerd. En wat eigenlijk nou juist zo leuk zijn geweest als variatie op het bekende Marvel-wereldje. Maar datzelfde wereldje toonde ons eerder al buitenaardse regionen in de Thor-films en Guardians of the Galaxy en we konden al semi-magische zaken zien in, nou ja, diezelfde films dus. De finale van de eerste Avengers-film draaide feitelijk om een groot wormgat waardoor buitenaardse wezens onze wereld binnenkwamen en slechterik Loki kon al teleporteren en andere geinige truukjes met behulp van zijn Infinity Stone. Magie is dus helemaal zo nieuw nog niet in Marvelland, en Doctor Strange leent meer elementen uit de finale van Phase One dan verwacht zou mogen worden.

Wat er wel nieuw is, is het multiversum. Da's het concept dat ons universum niet allesomvattend is, maar slechts een versie van de realiteit waar er nog meer van kunnen zijn. Kenmerkend aan de universa in een multiversum is dat deze allemaal grotendeels op elkaar lijken, maar toch op bepaalde punten afwijken. Het concept wordt al decennia toegepast bij Marvel en concurrent DC Comics, om afwijkende versies van hun verhalen te kunnen vertellen zonder de lezer te verwarren over welke versie van gebeurtenissen nu de 'echte' is. Doctor Strange is voor Marvel Studios de opening naar het multiversum, maar eigenlijk is daar niet eens zo veel van te zien. Er wordt een beetje met de realiteit gespeeld, wederom visueel interessant en vernieuwend maar niet grensverleggend, maar de implicatie die het introduceren van het multiversum heeft is vooralsnog groter dan de uitwerking in dit verhaal laat zien.

Doctor Strange: Chiwetel Ejiofor en Benedict Cumberbatch

Doctor Strange brengt ons dus een stuk minder vernieuwing dan was verwacht, en dat is jammer. Maar achter die lichte teleurstelling zit eigenlijk een prima, zij het wat standaard, Marvel-avontuur. Eentje dat het stramien voldoende volgt en er tegelijk voldoende van afwijkt om nog interessant te zijn. Met Benedict Cumberbatch als de hoofdfiguur en onder andere Mads Mikkelsen, Chiwetel Ejiofor en Tilda Swinton als tegenspelers zit het qua cast sowieso wel goed. Cumberbatch zet Strange initieel neer als de arrogante zak die hij hoort te zijn, maar laat in zijn vastberadenheid om te leren zien hoe hij iemand is die zijn positie als toparts heeft weten te bereiken. Aan de ene kant maakt dat begrijpelijk hoe iemand in een relatief korte tijdspanne (de film maakt niet duidelijk hoeveel tijd er verstrijkt, maar de aanname mag gemaakt worden dat het een handjevol jaren is) zo enorm behendig kan worden met toverspreuken en magische gebaren, maar tegelijk voelt het soms alsof Strange nauwelijks moeite heeft moeten doen om te komen waar hij uiteindelijk belandt. Het voelt niet als een prestatie, terwijl het in een origineverhaal als dit interessanter zou zijn als er wat meer moeite gedaan moest worden.

Immers; Strange is niet gebeten door een spin, geboren op een andere planeet of voorzien van een technisch hip pak; hij heeft vaardigheden moeten leren om te komen waar hij is. Derrickson, of eigenlijk gewoon Marvel, springt daar eenvoudig overheen om Strange te betrekken bij wat uiteindelijk een finale wordt die verdacht veel elementen leent uit andere superheldenfilms. Marvel heeft inmiddels wellicht geleerd dat simpelweg de boel slopen in een gevecht tussen helden en schurken niemand boeit, want Strange pakt zijn situatie aan met zijn intellect in plaats van brute kracht, maar diezelfde situatie is op zichzelf niet heel erg vernieuwend.

Doctor Strange is dus eigenlijk Marvels grootste misstap tot nu toe. Het is geen slechte film. Integendeel; Strange's ontwikkeling, de magische elementen en de strijd tegen Mads Mikkelsens slechteriken, gecombineerd met de nodige Marvel-humor en een vlotte vertelstijl maken van dit avontuur een prima te verteren avondbesteding. Maar het wordt steeds meer duidelijk dat de studio denkt zijn vorm gevonden te hebben en daaraan vasthoudt, met als gevolg dat er geen risico's meer worden genomen om het publiek te verrassen met iets nieuws. Doctor Strange is prima, maar dat is in dit geval niet voldoende.