CD: Mudhoney - Vanishing Point

Toen aan het begin van de negentiger jaren het genre grunge erg populair werd, waren het bands als Nirvana, Pearl Jam en Soundgarden die met de eer gingen strijken. Het was echter de band Mudhoney die al in 1988 de aanzet gaf voor de hype, die oorspronkelijk werd aangeduid als "the Seattle sound". Inmiddels zijn we een kwart eeuw verder en is Mudhoney toe aan haar negende studioalbum getiteld Vanishing Point.

Mudhoney - Vanishing Point

Er is één ding dat meteen opvalt bij het beluisteren van het nieuwe album van Mudhoney. Waar de meeste andere bands destijds een knieval maakten voor de commercie is Mudhoney trouw gebleven aan haar eigen geluid. Hoe het met Nirvana is afgelopen weet iedereen en ook van Pearl Jam en Soundgarden hebben we al tijden niks meer vernomen. Mudhoney is echter nog springlevend. Precies 25 jaar geleden verscheen de Superfuzz Bigmuff ep op het evenoude label Sub Pop en sindsdien is er eigenlijk weinig verandert aan het geluid van de mannen uit Seattle.

In tegenstelling tot de eerder genoemde bands is Mudhoney altijd een underground-band gebleven. De band, die eind 1987 ontstond uit de resten van de legendarische band Green River, maakt muziek die je het beste zou kunnen omschrijven als een combinatie van alternatieve rock en ouderwetse punk. Neem daarbij een dosis fuzzgitaar en zanger Mark Arms, die op de voor hem kenmerkende zeurderige manier zijn zwartgallige teksten in de microfoon spuugt, en je weet waar je aan toe bent.

Mudhoney
Mudhoney (foto: Sub Pop)

In april en september 2012 dook de band de Avast! Recording Co. studio in Seattle in om in twee lange weekends het volledige album vast te leggen. Vanishing Point gaat verder op het pad, dat de band was ingeslagen met haar albums Under A Billion Suns (2006) en The Lucky Ones (2008). Mark Arm draagt nog steeds de nodige frustraties met zich mee en zingt dit van zich af in nummers als 'I Like It Small', 'Douchebags On Parade' en het korte maar krachtige 'Chardonnay'. "Get the fuck out of my backstage… I hate you chardonnay!"

Vanishing Point mag dan niet meer de chaos bevatten die we kennen van Mudhoney ten tijde van 'Touch Me I’m Sick', de oudjes - de mannen lopen allemaal tegen de 50+ - razen in nog geen 35 minuten door tien prima tracks. We hebben er na The Lucky Ones vijf jaar op mogen wachten, maar Vanishing Point maakt dat wachten zeker de moeite waard.