CD: Swallow The Sun - Emerald Forest And The Blackbird

In de wereld van de doom/death metal is het Finse Swallow The Sun zeker één van de koplopers. Na een lange tour ter promotie van het album New Moon (2009) en een korte rustpauze zijn de heren terug met het vijfde studioalbum Emerald Forest And The Blackbird. En wat anders mogen we verwachten dan een cd loodzwaar van zwaarmoedigheid?

Dat Swallow The Sun niet voor één gat te vangen is, blijkt uit het verloop van hun muzikale carrière. Sinds het debuut The Morning Never Came (2003) verrijkten zij hun muziek met gothic, psychedelica en progressieve rock, wat telkens weer een uiterst sfeervol album opleverde. Met Emerald Forest And The Blackbird nemen de heren een nieuwe, en mogelijk gewaagde stap. De cd begint meteen met de titeltrack en dat is als vanouds een typisch doom/death nummer in de stijl van Engelse genregenoten als Anathema en My Dying Bride. Toch is hier al merkbaar dat er meer soberheid heerst en alles nog wat meer ingetogen wordt gebracht. Ja, je kunt zeggen dat we hier met een wat 'kalere' plaat te maken hebben, dat wil zeggen, veel aanwezigheid van akoestische en clean versterkte gitaren.

Na de opener word je meegezogen in een intens ingetogen wereld van klanken. Op het overwegend akoestische 'This Cut Is The Deepest' steekt de band haar voorliefde voor bands als Pink Floyd niet onder stoelen of banken. Door de afwisseling met metalriffs heeft de band wel iets weg van de laatste Opeth, maar het eigen geluid, vooral die van zanger Mikko Kotamäki, zorgt er al snel voor dat je weet dat je hier met de Finnen heb te maken en niet met de Zweden. Ook 'Hearts White Shut' en 'Silent Towers' bevatten prima cleane zang van Kotamäki en muzikaal beland je zowaar in een ambientachtige sfeer. Dit is vooral de verdienste van de prima toetsenist Aleksi Munter. Bij 'Cathedral Walls' kun je compleet wegdromen, wat veelal te maken heeft met de gastvocalen van niemand minder dan Anette Olzon van Nightwish. De stemmingswisseling, die het nummer doormaakt, mag er ook wezen. Na zo'n vier minuten intensiteit breekt de storm aan en raast een dreigende doom/death passage voorbij, waarna het nummer weer met dezelfde mysterieuze kalmte eindigt als het begon. Hoe mooi het allemaal klinkt, de kritiek die we hier kunnen aandragen is dat het hier en daar te oppervlakkig blijft, en dat een echte duistere sfeer, zoals op het tweede album Ghosts Of Loss (2005) uitblijft. Zo had juist 'April 14th', een ode aan de te vroeg gestorven frontman van Type O Negative, Peter Steele, wat men noemt, meer funeral doom metal kunnen gebruiken.

  

Anette Olzon is overigens niet de enige vrouw die op deze cd is te horen. Naast de titeltrack kun je op 'Labyrinth Of London' de stem horen van Aleah Stanbridge, de zangeres van Trees Of Eternity, een project van gitarist Juha Raivio. We mogen hem gerust het meesterbrein achter Swallow The Sun noemen. Hij is voor het grootste gedeelte verantwoordelijk voor zowel muziek als de teksten, die bol staan van de dramatiek. Zo is het concept van dit album het verhaal van ouders die hun kind zullen gaan verliezen. Over 'Labyrinth Of London' gesproken, dat is qua thematiek het vierde deel uit de 'horror'-reeks. De fans zullen het omarmen, zoals wel vaker is ook dit keer het griezelnummer één van de hoogtepunten van de cd. Hierop worden distortion en double bass weer uit de kast getrokken en is black metal krijszang terug. Op deze manier worden ook de songs 'Hate Lead The Way' en 'Of Death And Corruption' vertolkt. Het zijn typische STS-nummers en zodoende vervreemd de band zich niet geheel van haar vroege werk. De afsluiter 'Night Will Forgive Us' is al met al een goede weerspiegeling van de muzikale mix op deze plaat.

Emerald Forest and the Blackbird is wellicht niet de cd geworden die je na New Moon zou verwachten. Hoewel er veel vertrouwds op te horen valt, pakt Swallow The Sun anders uit, met minder bombast en meer soberheid in de muzikale setting. Het wil niet altijd de juiste droevige snaar raken die we van de band gewend zijn. Het is echter wel een lovenswaardige poging geworden te laten horen hoe ver het genre tegenwoordig ontwikkeld is.