CD Review: Audio Bullys - Ego War

Het Engelse accent, ik houd ervan, maar sommige mensen vinden het verschrikkelijk. De mensen die het geweldig vinden zullen het vette cockney Engels van zanger/songwriter Simon Franks aangenaam vinden om naar te luisteren, behalve als hij echt probeert te zingen, zoals op '100 Million', want dan zit hij er echt pijnlijk naast. Maar als hij gewoon 'rapt' klinkt het heel behoorlijk; het doet me meestal denken aan de The Streets, waar het Engelse accent er ook zo lekker bovenop ligt.

De huidige single 'We Don't Care' is een beetje rommelig. Het begint veelbelovend, maar de opbouw wordt afgesloten met een uitermate origineel "Whathafa!" om vervolgens te stranden in een behoorlijke kloon van een gemiddeld Basement Jaxx-nummer. Niet echt iets om voor je te schamen, maar het had wel wat origineler gemogen, zoals het veel rustigere en duistere 'The Things'. En daar ligt een beetje het hele idee van de Audio Bullys. Ze hanteren niet echt één stijl, wat ervoor zorgt dat je van geen enkel nummer echt kan zeggen dat het een 'typisch' Audio Bullys-nummer is. Dat is niet negatief bedoeld, het is gewoon een erg gevarieerd album. Volgens de biografie zijn ze beïnvloed door van alles tussen The Beatles en Masters At Work, maar naar mijn mening ligt die invloed veel recenter, en dan met name het eerder genoemde Basement Jaxx en de UK Garage. Ook zijn de jongens niet vies om gewoon samples te gebruiken, zoals in "Way Too Long", waarin ze gebruik maken van een nummer van Elvis Costello.

Simon probeert in zijn teksten dingen te verwerken die je in het dagelijkse Engelse leven tegenkomt. Een nummer als "The Snow" behandelt bijvoorbeeld de steeds meer voorkomende cocaïneverslavingen in de Britse steden, iets dat door veel artiesten compleet genegeerd wordt. En nummers als "I Go To Your House" en "Hit The Ceiling" klinken misschien als liefdesliederen, maar ze gaan eigenlijk over liefdes in de Engelse buitenwijken, die met een frisse blik bekeken worden vanuit de ogen van Simon.

Het meest vreemde nummer op de CD is toch wel "Face In A Cloud", wat een rustig pianoriedeltje met klassiek aandoende zang (inclusief het geruis van een antieke plaat) afwisselt met diepe bassen. Het nummer daarna, "The Tyson Shuffle" bevat weer vreemde breakbeatachtige dingen; zoals ik al zei, het is werkelijk een onwijze mengelmoes van rare geluiden, donkere bassen en aparte zang, gaaf!