Halsema had klimaatdemonstranten niet in bussen mogen zetten

Jippie

Bij een demonstratie van Extinction Rebellion in september 2020 bij de Zuidas zijn in opdracht van burgemeester Halsema zo'n 150 demonstranten 'bestuurlijk verplaatst' naar een sportpark in Noord. Volgens de rechter heeft Halsema daarmee de demonstranten van hun vrijheid beroofd. Zo meldt AT5.

Op 18 september verzamelden een grote groep demonstranten van Extinction Rebellion op de Gustav Mahlerlaan op de Zuidas. De demonstranten blokkeerden de weg en de kruising met de drukke Beethovenstraat, auto's werden tegengehouden met spandoeken en een aantal demonstranten lijmden zichzelf vast aan de straat. De demonstratie werd door het stadsbestuur toegestaan, maar Halsema had aangegeven dat als de demonstranten de weg zouden blokkeren de politie zou gaan optreden.

De demonstranten besloten geen gehoor te geven aan het verbod van de burgemeester en zodoende greep de politie in. Na meerdere waarschuwingen van de politie om het gebied te verlaten, bleven 150 demonstranten toch aanwezig. Halsema gaf de politie de opdracht tot 'bestuurlijke verplaatsingen'. De demonstranten werden op bussen gezet, daar enige tijd vastgehouden en vervolgens vervoerd naar de rand van de stad.

Vrijheidsontneming
Volgens de rechtbank is deze actie 'vrijheidsontneming', wat volgens Artikel 5 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM) alleen mag als het wettelijk stevig staat. De rechtbank oordeelt dat dat niet het geval was.

Extinction Rebellion stapte na de demonstratie naar de rechtbank voor het opsluiten in de bussen. Tijdens de zitting gaven de demonstranten aan dat zij gemiddeld anderhalf uur in de bus zaten en daar niet uit mochten. Volgens de rechtbank had Halsema had recht om de demonstratie te beëindigen, maar ging het te ver om de demonstranten onder dwang in de bussen te zetten. De demonstranten hadden volgens de rechtbank de verplaatsing niet aan zien kunnen komen, omdat de actie van Halsema wettelijk geen solide basis had.