Spinnentelling: gemiddeld 13 kruisspinnen per Nederlandse tuin

Jippie

De bekende kruisspin is de 'winnaar' van de Spinnentelling 2021, gevolgd door de grote trilspin en de gewone huisspin. Er zijn gemiddeld per tuin meer kruisspinnen geteld dan in de afgelopen droge zomers. Zo concludeert het EIS Kenniscentrum Insecten na de negende telling die vorig weekend werd uitgevoerd.

De kruisspin is in tegenstelling tot veel andere spinnen geen schuwe soort, maar eentje die vaak midden in het web zit en moeilijk over het hoofd is te zien. De vrouwelijke kruisspin wordt ook relatief groot, tot zo'n 17 millimeter. De naam is te danken aan de op een kruis gelijkend patroon op het achterlijf dat bestaat uit een groepje lichtere tot witte vlekjes die afsteken tegen de donkerbruine tot gele achtergrondkleur. De kruisspin is in Europa een van de meer algemene soorten en de spin komt ook in België en Nederland voor. Omdat de kruisspin in beschaduwde, van de wind afgeschermde hogere planten leeft duikt de spin vaak op in tuinen en hierdoor is het een van de bekendste Europese spinnen. De spin wordt in Nederland daarom soms tuinspin genoemd.

De grote trilspin komt wereldwijd voor en is waarschijnlijk een van de meest voorkomende spinnen in huizen in België en Nederland. De grote trilspin is de typesoort van het geslacht Pholcus. Hij wordt vaak aangetroffen in gebouwen of kelders en stille gangen, waar hij op de loer ligt op een prooi met zijn buik in zijn web. De mannetjes worden 7 tot 10 mm groot (poten niet inbegrepen) en de vrouwtjes 8 tot 10 mm. Vanwege zijn tot vijf centimeter lange poten wordt hij, net als andere trilspinnen, vaak verward met de hooiwagens. Meestal zit de grote trilspin aan de randen van het plafond waar zij een onregelmatig web maakt van een paar draden. Wanneer een insect of een andere spin verstrikt raakt in het web gooit de trilspin nieuwe draden over haar prooi en snoert deze vervolgens in. Dankzij haar lange poten kan zij dit vanaf een afstand doen. 

De grijze huisspin behoort tot de familie trechterspinnen en is nauw verwant aan de veldtrechterspin. Hoewel de beet van de huisspin pijnlijk kan zijn, zijn de dieren zelden agressief. Het vrouwtje van de huisspin bereikt een lichaamslengte van ongeveer 7-11 mm, het mannetje 6–9 mm (exclusief poten).[2] Het mannetje heeft een relatief langwerpiger achterlijf en langere poten. De afstand tussen de pootuiteinden kan tot 2,5 cm bedragen. De huisspin is makkelijk te verwarren met de veldtrechterspin, aangezien beide soorten een zigzagpatroon op het achterlijf kunnen hebben. De huisspin is over het algemeen echter kleiner, donkerder bruin gekleurd, met een cirkelpatroon op het achterlijf en gestreepte poten. De mens komt relatief vaak in aanraking met huisspinnen en zal uit angst geneigd zijn de spin te doden. De spin is echter ongevaarlijk.

Winnaar spinnentelling 2021: de kruisspin ( Pixabay)
Winnaar spinnentelling 2021: de kruisspin ( Pixabay)