Ritzege Caruso,Bernal zo goed als zeker van eindzege

Olga Kroeders

Damiano Caruso heeft de twintigste etappe van de Giro d'Italia op zijn naam geschreven. De Italiaan streed met Bardet voor de dagzege, en wist de Fransman in de laatste twee kilometer te lossen. Rozetruidrager Bernal moest 24 tellen toegeven en daarmee is hij zo goed als zeker van de eindzege deze Giro.

Vanuit de start was het weer onrustig. Negen man sloegen een klein gaatje onder wie Taco van der Hoorn. Hun maximale voorsprong was echter nog geen minuut omdat het onrustig bleef in het peloton. Uiteindelijk keerde de rust weer terug in het peloton en kreeg de kopgroep alsnog de zegen.

De eerste beklimming van de dag was de Passo San Bernardino van de eerste categorie, 23,7 kilometer lang met een gemiddeld stijgingspercentage van 6,2. De voorsprong van de kopgroep was een kleine vier minuten. Tijdens het begin van de beklimming viel de kopgroep uit elkaar. Het waren Vervaeke en Grossschartner die een gaatje sloegen. Albanese en Visconti wisten zich later bij het duo aan te sluiten en acht kilometer onder de top voegde ook Pellaud zich weer bij de koplopers. Het tempo in het peloton ging onder leiding van DSM, de ploeg van Bardet, flink omhoog waardoor de achterstand op de koplopers snel terugliep.

Albanese was als eerste boven, het peloton volgde op 50 tellen en in de afdaling werd het verschil steeds kleiner. Bardet en twee van zijn ploeggenoten namen in de afdaling afstand van het peloton waar Ineos de dans leidde. Bardet, de nummer zes, en zijn ploeggenoten Hamilton en Storer wisten aan te sluiten bij de kopgroep en even later ook Bilbao en Caruso, de nummer twee in het algemeen klassement, van Bahrain.

De volgende beklimming was de Splügenpass, een klim van 8,9 kilometer en een gemiddelde stijging van 7,3 procent. Het verschil van de kopgroep met Bardet en Carusso met het peloton, dat langzaam uitdunde, was 24 seconden. Dat liep heel langzaam op. Het was Storer die als eerste boven kwam, het peloton volgde op iets meer dan 40 tellen.

De slotklim volgde op twaalf kilometer van de streep, de Alpe Motta. De groep met favorieten werd steeds kleiner en op drie kilometer van de streep was de voorsprong van Caruso en Bardet nog vijftien tellen. Een kilometer later was het enkel Caruso nog die aan kop reed en hij wist vooraan te blijven. Bernal was inmiddels ook alleen over en uiteindelijk kwam hij als tweede over de streep.