Ambtelijke stikstofadviezen vragen om politiek-maatschappelijke overweging

anoniem_13062022065809

De twee vandaag uitgebrachte ambtelijke adviezen over stikstof vragen om een fundamentele politieke afweging. Is dit de weg die we in willen slaan? LTO vreest dat Nederland met de huidige benadering van de stikstofproblematiek steeds verder wegzakt in een planmatige en weinig realistische benadering. Dit heeft grote economische gevolgen voor veel bedrijven en het platteland. Bij veel voorstellen uit de adviezen is praktische uitvoerbaarheid een groot probleem waar te makkelijk overeen wordt gestapt. Bovendien ontbreekt wederom een benadering die rechtdoet aan het verdienvermogen van boeren en tuinders. Dat constateert LTO Nederland bij eerste lezing van de adviezen.

Het advies-Paul stelt niet alleen een generieke emissiereductie van 50% voor, maar ook een verhoogde doelstelling in de buurt van gebieden waar de kritische depositiewaarde van Natura2000-gebieden op dit moment relatief veel wordt overschreden. Dat terwijl 44 gebieden zelfs zonder enige economische activiteit in welke sector dan ook nog ‘te veel’ stikstofneerslag ervaren. Ter Haar stelt in het tweede advies diverse maatregelen voor nog verdere reductie voor, zoals een ammoniakheffing en een krimp van de hoeveelheid gehouden dieren.

“Het is hoog tijd voor een open maatschappelijk debat over de koers voor Nederland,” aldus Trienke Elshof, portefeuillehouder Platteland & Omgeving. “Onze boeren worden steeds weer geconfronteerd met verregaande ideeën zonder dat er een échte maatschappelijke afweging over de inrichting van ons platteland, onze economie, en de balans tussen Natura2000 en de rest van het leven is gemaakt. Natuurlijk, er is een juridische werkelijkheid waar we mee te werken hebben. Maar er zou een hernieuwde politieke vraag aan vooraf moeten gaan. Het stikstofbeleid heeft niet alleen impact op de toekomst van de agrarische sector, maar ook op andere bedrijvigheid en het platteland.”

Stapeling van maatregelen
Beide rapporten omhelzen een stapeling van maatregelen op het boerenerf. De impact die dat heeft, zowel op de regeldruk als op het verdienvermogen, is niet meegenomen. Dat zou een startpunt moeten zijn als je met een integrale blik naar de uitdagingen kijkt. Ook de uitvoerbaarheid van bijvoorbeeld nóg een heffing blijft onduidelijk, net als de kosten en neveneffecten daarvan.

“We bagatelliseren de opgaven waar we gezamenlijk voor staan niet. Integendeel. Boeren staan voor grote uitdagingen en moeten verdere stappen nemen, maar de overheid speelt daar een belangrijke rol in. Niet in de laatste plaats omdat de boer de kosten die hij moet maken voor steeds nieuwe maatregelen niet in zijn opbrengstprijs terugziet. De markt neemt haar verantwoordelijkheid voor de verduurzaming niet, een overheid als aanjager van vergaande extra maatregelen zou dus vele miljarden extra belastinggeld moeten vrijmaken. Dit soort adviezen zijn weer meer van hetzelfde liedje: vanuit één perspectief redeneren zonder oog te hebben voor andere belangen,” vervolgt Elshof.

LTO Nederland zal de behoefte aan deze fundamentele afweging nadrukkelijk onder de aandacht brengen in de contacten met de deze week verkozen volksvertegenwoordigers.