NS steunt herinneringscentra Tweede Wereldoorlog

Monique Verlind (DJMO)

Kamp Westerbork, kamp Vught, kamp Amersfoort en het Oranjehotel krijgen financiële steun van de NS. Door deze ondersteuning geeft de NS erkenning van het leed en lot van de grote groep getransporteerde gevangenen die buiten de Individuele Tegemoetkoming vallen. Hiertoe behoren onder meer Joden, Sinti en Roma die de oorlog niet overleefden en geen nabestaanden achterlieten, verzetsstrijders, politieke gevangenen en dwangarbeiders. De NS heeft de herinneringscentra gevraagd het bedrag onder meer te besteden aan educatie voor jongeren, met bijzondere focus op discriminatie waaronder antisemitisme tot aan de dag van vandaag. Het gaat in totaal om 5 miljoen euro.


Westerborkpad - In het spoor van de Jodenvervolging

Met deze stap geeft de NS invulling aan het openstaande advies van de Commissie Individuele Tegemoetkoming Slachtoffers WO II Transporten NS. De Commissie heeft de NS aanbevolen te overwegen om tot een collectieve uiting van erkenning te komen van het leed en lot van de grote groep getransporteerde gevangenen, waarvoor geen aanspraak meer op de regeling (de Individuele Tegemoetkoming) kan worden gemaakt. Ook circa 20.000 kinderen, die tijdens de oorlog op transport zijn gesteld naar vernietigingskampen waar ze door de Duitse bezetter zijn vermoord, behoren tot deze groep.

Individuele Tegemoetkoming
Eerder heeft de NS besloten op morele gronden een individuele financiële tegemoetkoming beschikbaar te stellen voor Joden, Sinti en Roma die tijdens de Tweede Wereldoorlog op bevel van de Duitse bezetter door de NS per spoor naar Westerbork, Vught of Amersfoort of naar andere locaties in Nederland zijn vervoerd, met het oogmerk om naar concentratie- of vernietigingskampen te worden vervoerd - met het doel hen als bevolkingsgroep uit te roeien. Bij hun overlijden geldt dit ook voor direct nabestaanden.

Vooronderzoek NIOD
Tot slot adviseerde de Commissie een diepgaand onderzoek te doen instellen naar de rol van de NS tijdens de Tweede Wereldoorlog, waarbij het perspectief is gericht op transporten tijdens de oorlog. Dit met het oog op het verdiepen van het historisch inzicht en de reflectie op het eigen handelen in de oorlogsjaren. Daarom heeft de NS het NIOD gevraagd hier een vooronderzoek naar te starten. Het NIOD verwacht hier zo’n zes maanden voor nodig te hebben. Mocht uit het vooronderzoek blijken dat meer onderzoek nodig is, dan geeft de NS het NIOD daar opdracht toe. Het advies tot diepgaand onderzoek is daarmee de laatste aanbeveling van de Commissie die nog open staat.

Zwarte bladzijde in de geschiedenis
De NS heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog in opdracht van de Duitse bezetter speciaal ingezette treinen gereden om mensen te vervoeren met concentratie- en vernietigingskampen in het buitenland als uiteindelijke bestemming. De NS beschouwt de medewerking aan deze deportaties door de bezetter als een zwarte bladzijde in de geschiedenis van het bedrijf en heeft hier in 2005 excuses voor aangeboden.