OM eist cel voor schieten op agenten in Winterswijk

Eileilthya

Agenten staan doodsangsten uit, één agent raakt lichtgewond als hij wordt beschoten, een jonge vrouw wordt zwaargewond afgevoerd nadat ze door een politiekogel is getroffen. "Een zaak met alleen maar verliezers", zo kenschetst de officier van justitie de strafzaak die voortvloeit uit een poging afpersing en een schietpartij op 9 december 2018 in Winterswijk. Drie verdachten, een 23-jarige man en een 26-jarige vrouw uit Winterswijk en een 27-jarige man uit Apeldoorn, stonden vandaag terecht voor de meervoudige kamer.

Even na middernacht op 9 december 2018 komt er bij de meldkamer van de politie in Oost-Nederland een melding binnen van een vernieling aan de Keizersdwarsweg in Winterswijk. Bij een flatwoning zou een ruzie hebben plaatsgevonden tussen de bewoners en twee mannen. Daarbij zouden de twee mannen hebben gedreigd, een ruit hebben ingeslagen en om geld hebben geschreeuwd. De mannen vertrekken weer, maar dreigen terug te komen met een wapen.

Er gaan twee politieagenten ter plaatse. Terwijl zij in gesprek zijn met de bewoners, lijkt het erop dat de bedreigers terugkeren. Eén politieagent loopt via de galerij naar het trappenhuis. Daar ziet hij een wapen op zich gericht, hoort een schot en voelt dat hij geraakt is. Hierop lost de agent enkele schoten. Ook de tweede agent loopt de galerij op. Hij hoort zijn collega om hulp roepen, en hoort kogels afketsen op de muren. Ook deze agent lost enkele schoten. Uit onderzoek is gebleken dat de twee mannen bij hun terugkeer in gezelschap waren van een vrouw, die door een politiekogel wordt geraakt. Het drietal vlucht, maar kan kort erna worden aangehouden.

Volgens de officier van justitie waren de 23-jarige man uit Winterswijk en de 27-jarige man uit Apeldoorn betrokken bij de poging afpersing, die vooraf ging aan het schietincident. De 23-jarige man zou het schot hebben gelost, waardoor de politieman werd geraakt. Het OM beschouwt dit als een poging doodslag; het schot op het bovenlichaam had dodelijk kunnen zijn. "Het dragen van een steekwerend vest heeft waarschijnlijk het leven van de agent gered", aldus de officier van justitie.

De 27-jarige man heeft naar het oordeel van het OM een dusdanige rol gehad bij de agressie tegen de agenten, dat hij als medepleger van de poging doodslag kan worden gezien. Tot slot wordt aan de twee mannen én aan de vrouw verboden wapenbezit ten laste gelegd. Bij de vrouw thuis werden een demper en patronen aangetroffen die horen bij het gebruikte wapen.

De officier van justitie rekent de mannen de poging doodslag zwaar aan en wijst daarbij op de enorme gevaarzetting: "Er is op redelijk korte afstand in een smalle en donkere galerij op personen geschoten. De doodangst waarin de agenten verkeerden, is invoelbaar", aldus de officier van justitie. Omdat de agenten zich kunnen beroepen op noodweer, was het gebruik van het dienstwapen rechtmatig.

Het OM vindt voor de 23-jarige man een gevangenisstraf van acht jaar passend. Hij zou aan de politieagenten een schadevergoeding van in totaal 17.500 euro moeten betalen, en aan de slachtoffers van de poging afpersing ruim 10.000 euro.

De 27-jarige man hoorde ook een gevangenisstraf van acht jaar tegen zich eisen, en betaling van de schadevergoeding voor de slachtoffers van de poging afpersing.

Het OM acht niet bewezen dat de vrouw een aandeel heeft gehad in de poging doodslag op de agenten. Getuigen verklaren dat de vrouw probeerde de mannen te weerhouden. De vrouw zou voor het verboden wapenbezit een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden moeten krijgen.