Caldas over de hysterie en magie van die Pro League-achtbaan

Redactie

Het is alsof de Pro League behekst is. Alsof elke wedstrijd een wedstrijd moet zijn, waarin de spelers in de achtbaan stappen, de gordels omdoen en dan van hoogtepunt naar dieptepunt worden geslingerd, waarbij hun emoties het liefst even over de kop worden gegooid. Het gebeurde ook in Valencia, waar een sterk Oranje een 0-3 voorsprong naar huis had moeten hockeyen. Maar dit is de Pro League, hè.

‘Oops, I did it again. I played with your heart’, zijn de eerste woorden van het succesvolle niemendalletje van zangeres Britney Spears uit 2000. Het zou het lijflied van de Pro League kunnen zijn. Deze keer waren de woorden weer het recept van de Spanjaarden, die met hun allereerste Pro League-wedstrijd ooit, tegen wereldkampioen België, flink de toon zetten in deze nieuwe competitie. Met nog tien seconden en een 1-2 achterstand, scoorden de Spanjaarden 2-2, waarna de shoot-outs voor Spanje waren. België wist er geen een te maken.

Fast forward naar een maand later: het Nederlands elftal staat met 0-3 voor in Valencia. Juist de teruggekeerde Jelle Galema wordt hevig geknuffeld door zijn teamgenoten, omdat hij bij zijn comeback na twee jaar meteen schitterend weet te scoren. Nog zestien minuten te spelen. Wedstrijd in de tas, als handbagage mee naar Nederland.

Maar dit is de Pro League. En in de Pro League gelden andere wetten. Want een 3-0 voorsprong zegt niets in deze competitie. Die 0-3 marge had Oranje tegen Nieuw-Zeeland ook, maar toen werd het nog 3-3 en wist Thierry Brinkman gelukkig nog 3-4 te maken. Spanje kon een 4-1 voorsprong niet verzilveren in eigen huis, en zag Engeland met 5-6 winnen. Australië stond in Melbourne 5-2 voor, maar zag Oranje terugkomen tot 5-5, waarna de shoot-out uiteraard beter werden genomen door de Nederlanders. Een beter recept voor een Pro League-overwinning lijkt het om maar snel op een dikke achterstand te komen. Het liefst met een marge van drie doelpunten.

Alles lijkt goed te gaan voor Oranje
Valencia, vrijdagochtend 15 februari: 0-3 voor een heel sterk Nederland. Oranje heeft Spanje vanaf het begin bij de strot gepakt, en nooit losgelaten. Nog zestien minuten te spelen. Oranje domineert en controleert. Arjen Lodewijks en keeper Maurits Visser debuteren, Joep de Mol speelt zijn 50ste interland, Thierry Brinkman scoorde zijn zevende goal in zijn tiende interland. Alleen het zonnetje schijnt niet in Valencia.

Bondscoach Max Caldas over die fase: "Driekwart van de wedstrijd hebben wij het heel goed gedaan. Wij zijn dan stukken beter dan Spanje, en dat met twee debutanten en verschillende samenstellingen van onze teams. Hoe we dat doen? Wij delen onze plannen duidelijk met de spelers en zorgen dat de spelers doen waar ze echt goed in zijn. Wij zeiden van tevoren: als je in staat bent om inhoudelijk die wedstrijd van de Spanjaarden te winnen, dan komt er geen emotie aan te pas. Ook hadden we het donderdagavond over het publiek: als bijna iedereen tegen je is, kan dat je juist extra energie geven. En dat gebeurde."

Van 0-3 naar 3-3
Een matig Spanje komt dankzij een intikkertje op 1-3. Albert Beltran van Rotterdam scoort daarna met een schitterende tip-in de 2-3. Niet volledig volgens de verhoudingen, maar Oranje is dan ook niet meer de makkelijk naar elkaar passende ploeg die met volle druk Spanje volledig in de tang heeft. Tien minuten te spelen en het Pro League-gevoel begint onder de huid te kruipen. Dit zou weleens heel raar kunnen eindigen. Toch houdt Oranje de Pro League-spoken nog lang buiten de cirkel. In plaats van harde ballen naar elkaar te spelen, volgt er af en toe een hoge bal en lijkt Nederland de 2-3 ‘uit te kunnen hockeyen’.

Caldas: "Toen het 1-3 stond hadden we een strafcorner kunnen creëren. Na driekwart wedstrijd spelen wij niet meer volhardend. Het werd trager. Stroperig. We kiezen te vaak voor een [hoge] fiftyfifty bal. Vergeet niet: Drie minuten voor tijd hebben wij zelf de bal. Twee minuten voor tijd. En een minuut voor tijd. Maar we zijn niet killing genoeg."

Iets minder dan twintig seconden op de klok, als de briljante Spaanse spriet Xavi Lleonart te makkelijk een strafcorner kan forceren. Hij wordt uitbundig gefêteerd door zijn teamgenoten. De Spanjaarden ruiken bloed. Vier seconden op het scorebord. De koppies staan gespannen, de ogen van uitloper Sander Baart en zijn teamgenoten in het Nederlandse doel zijn gefocust op de bal op de achterlijn, die naar de kop van de cirkel wordt gepusht.

De drie strafcorners in de laatste seconde
Baart loopt de eerste heel goed uit, maar maakt daarbij wel shoot. De tweede strafcorner is chaotisch en eindigt met een Nederlandse stick die de bal over de achterlijn werkt. Wedstrijd gespeeld, lijkt het. De scheidsrechters denken er anders over. De twee armen wijzen weer richting de goal. Een derde strafcorner wordt niet helemaal goed aangegeven, maar de inzet rolt miraculeus via de stick van Marc Serrahima vrij langzaam in het doel, terwijl de klok al op 00:00 staat. Is Nederland er toch ingetuind. Bij het nemen van de shoot-outs staat Oranje mentaal al met 10-0 achter, door de teleurstelling van die laatste rare momenten. Alleen Jorrit Croon scoort. Vier seconden was Oranje verwijderd van drie punten, maar één schamel puntje is het enige dat het team mee mag nemen uit Valencia.

Caldas: "De scheidsrechters floten voor nog een corner omdat wij de bal expres over de achterlijn zouden hebben gespeeld. Dat is schandalig. Het was daarvoor ook al bolle kant van Spanje. Maar het is uiteindelijk onze eigen schuld. Bij 0-3 zeiden we tegen elkaar dat we moesten volharden in ons eigen spel, om de wedstrijd echt te killen. Nu is het menselijk dat het laatste, teleurstellende gevoel, blijft hangen. Maar ik heb wel na de wedstrijd gezegd: deze wedstrijd gooien we figuurlijk meteen in de tas. En dan gaan we weer denken aan Argentinië, waar we maandag heengaan."

‘In bijna alle potten hangt er een comeback in de lucht’
Hallo Pro League, wat doen jullie toch elke keer met die wedstrijden? Het lijkt wel alsof elke Pro League-wedstrijd behekst is. Er is altijd spanning, altijd sensatie, bijna elke wedstrijd is een thriller. Ook Caldas kon ondanks de teleurstelling na de wedstrijd tegen Spanje nog reflecteren op het fenomeen Pro League. Een competitie die megalomaan is opgezet, maar vooralsnog uitblinkt in genot. "Wij hebben gisteren nog met elkaar gepraat waarom het altijd zo gaat in de Pro League. Het is bizar. In bijna alle potten hangt er een comeback in de lucht. Elk team staat er om aan te vallen. Wij weten tot nu toe dat wij van onze eigen kant veel scoren, maar ook veel weggeven. Driekwart waren we beter. Maar we hebben toch te vroeg gejuicht."

Dit is waarom we sport kijken
Conclusie voor Nederland, na weer een thriller van een Pro League-wedstrijd: Oranje twaalf keer gescoord. Elf goals tegen. Twee keer een 3-0 voorsprong verspeeld en twee duels met shoot-outs. Saai kun je het niet noemen, die Pro League. We kunnen rustig concluderen dat deze nieuwe competitie het hockey een prettige opkikker heeft gegeven. Een stukje magie van die achtbaan die elke Pro League-wedstrijd tot nu toe oplevert, moet gezocht worden in het publiek. Vrijdag waren het de krijsende kinderen die voor herrie zorgden. Van het soort onmogelijke geluid dat zó snerpend hoog was, zowel in toonhoogte als in decibellen, dat het alleen uit kinderkelen tevoorschijn kan worden getoverd. In eerste instantie leek dat enthousiasme van die Spaanse kinderen het eigen team te verlammen, maar toen de comeback eenmaal was ingezet, krijsten de kinderen zich helemaal schor. Zo gaat het in elk land. Als het eerste stapje van de comeback eenmaal is ingezet, lijkt het publiek het thuisland naar de zege te tillen.