Brandbommengooier Turks consulaat hoort 20 maanden cel eisen

Monique Verlind (DJMO)

De 35-jarige man die verleden jaar zelf gefabriceerde brandbommen naar het Turks consulaat in Amsterdam zou hebben gegooid, wilde met zijn actie aandacht vragen voor de ‘Koerdische zaak’. Dat heeft de officier van justitie gisteren gezegd tijdens de inhoudelijke zitting in de Amsterdamse rechtbank. Tegen de man eiste de officier van justitie een celstraf van 20 maanden, waarvan vijf voorwaardelijk, voor brandstichting met gevaar voor goederen.

Uit camerabeelden blijkt dat de 35-jarige verdachte op zaterdag 11 augustus 2018 in totaal drie voorwerpen gooide in de richting van het Turks consulaat op het Amsterdamse Museumplein. Een eerste brandend voorwerp wordt in de richting van de voorgevel gegooid, het spat voor de tuin uiteen en veroorzaakt een brand. Vervolgens gooit de verdachte een tweede en een derde voorwerp in de richting van de voorgevel, daarbij zijn er geen vlammen te zien. De brandweer weet korte tijd later de brand te blussen die was ontstaan nadat het eerste voorwerp was gegooid.

Waarschuwingsschot
De gealarmeerde politie houdt in de buurt van het consulaat op aanwijzingen van een getuige de verdachte aan. Hij was geheel in het zwart was gekleed. In de ene hand hield hij een hamer vast en in zijn andere hand een mes waarmee hij wild om zich heen sloeg. Volgens een politieagent riep hij in vreemde taal enkele dingen die de agent niet begreep. Toen de verdachte op de politieagent kwam aflopen loste de politieagent een waarschuwingsschot.

Bewust gekozen
Volgens de officier van justitie heeft de verdachte bewust het Turks consulaat als doelwit gekozen. “Hij heeft een weloverwogen beslissing genomen om de zelfgemaakte brandbare en ontvlambare voorwerpen in de richting van het Turkse consulaat te gooien. Hij wilde bewust aandacht vragen voor de ‘Koerdische zaak’“, aldus de officier van justitie in haar betoog.

Geluk
Het was een geluk volgens de officier van justitie dat er geen personen aanwezig waren in of in de nabijheid van het consulaat. De 35-jarige verdachte heeft daarover gezegd dat hij heeft nagedacht over het tijdstip waarop hij het zou doen, bewust in de avond omdat er dan geen personen aanwezig zijn.

Protest
Op de zitting heeft de verdachte een bekennende verklaring afgelegd en gezegd te strijden voor de belangen van de Koerden. Hij noemt zijn actie een protest, maar meldt er direct bij dat hij het niet op deze manier had moeten doen. De rechtbank doet op 14 februari uitspraak.