Politie zet cybervrijwilligers in op het Darkweb

Monique Verlind (DJMO)

Meerdere ICT-consultants, een ICT-specialist van een grote bank en een gepensioneerde natuurkundige, bio-informaticus én kankeronderzoeker. Allemaal werken ze naast hun reguliere baan als vrijwilliger bij de politie. Sommigen van hen al jaren. Veertien van deze politievrijwilligers volgden aanvullende trainingen en gaan vanaf vandaag aan de slag als cybervrijwilliger, onder meer bij het Darkwebteam.

Cybercrime
‘Uit een in 2017 gehouden inventarisatie bleek dat er bij de politie ruim tweehonderd vrijwilligers werken die over relevante ICT-kennis en -expertise beschikken’, zegt programmadirecteur Digitalisering en Cybercrime Theo van der Plas. ‘Eigenlijk lagen deze kwaliteiten van de vrijwillige collega’s voor het grijpen, maar werden hun vaardigheden nog niet door ons benut.’

Darkwebteam
Uit een belangstellingsregistratie bleek dat een groot deel van deze vrijwilligers zeker bereid was om die kennis voor de politie in te zetten. En zo werd onlangs de eerste groep van veertien vrijwilligers klaargestoomd, die hoofdzakelijk bij het Darkwebteam en deels bij het cybercrimeteam Rotterdam aan de slag gaan. In plenaire trainingen kwam onder meer het juridisch kader en het opmaken van een proces-verbaal aan de orde. Ook was er aandacht voor mentale weerbaarheid en de inrichting van het werkproces.

Extra expertise
Het Darkweb is de meest diepe laag van het internet. Er wordt geschat dat 57% van alle daar actieve domeinen zich bezighoudt met illegale activiteiten. Feitelijk betekent de inzet van de cybervrijwilligers dat ze zich net als de gewone Darkwebteamleden via de TOR-browser of anderszins op de verschillende Darknet Markets begeven en in kaart brengen welke activiteiten zich daar afspelen. Van der Plas: ‘Je kunt ze zien als een flink aantal extra ogen en expertise voor de surveillance op het Darkweb. Ze kunnen er informatie inwinnen op het gebied van bijvoorbeeld wapen- en drugshandel, maar ook antwoord geven op onderzoeksvragen voortkomend uit lopende onderzoeken en zo een mogelijke bijdrage leveren aan strafrechtelijke onderzoeken.’

Ook plaatsvervangend korpschef Henk van Essen is content met de cybervrijwilligers: ‘De burger is onze belangrijkste partner in het veiligheidsdomein. Samen zijn we al halverwege de oplossing. Dat deze specialisten bereid zijn om op vrijwillige basis hun kennis en expertise met ons te delen, is burgerparticipatie optima forma.’

Proef
De eerste cybervrijwilliger ging dit jaar bij wijze van proef aan de slag bij het Darkwebteam in Driebergen. Daar deed hij onder meer onderzoek naar de handel in vuurwapens op het Darkweb en onderzocht hij of daar het fenomeen mensenhandel speelde. Het beviel goed. ‘Hartstikke mooi werk, dat ik prima naast mijn gewone baan kan verrichten’, aldus deze vrijwilliger. ‘In mijn reguliere werk ben ik ICT’er en programmeur. Daarnaast werk ik al sinds 2007 als vrijwilliger bij de politie in Alkmaar. Daar was ik vaak al de vraagbaak voor computergerelateerde zaken. Ik gaf ook trainingen over bitcoins en andere cryptocurrencies.’

Werkwijze
Het is de bedoeling dat de vrijwilligers een deel van het werk vanuit huis kunnen doen. Zo kunnen ze hun tijd optimaal besteden aan de vragen van het Darkwebteam. Voor Peter Lahousse is dat een uitkomst. Hij is al sinds 2003 politievrijwilliger en werkte daarnaast als hoofd van een distributiecentrum. In 2015 werd hij getroffen door een herseninfarct. ‘Thuis werken als cybervrijwilliger, achter de computer, en af en toe rust, gaat aardig’, vertelt hij. ‘Op deze manier kan ik mijn twee passies – recherchewerk en techniek – mooi combineren.’

Overigens krijgen de vrijwilligers in eerste instantie vooral intell-vragen voorgelegd, bijvoorbeeld gericht op een fenomeen, zoals de handel in vuurwapens. Of 'vrije' surveillance op het Darkweb. Echte opsporingshandelingen moeten ze binnen een politieomgeving doen, maar dat is binnen de binnen de context van het Darkweb nog niet aan de orde. Samen met het OM wordt bekeken welke opdrachten de vrijwilligers krijgen.

Iets terugdoen
Een derde vrijwilliger is Arieh Tal, die pas sinds juni politievrijwilliger is, maar met open armen werd ontvangen. Dat zal mede te maken hebben met zijn bijzondere CV. Tal is gepensioneerd, maar ooit emigreerde hij als natuurkundige naar Nederland om kernfusieonderzoek te doen. Vervolgens werkte hij als ICT-manager/expert bij de Universiteit in Eindhoven en werkte hij als bio-informaticus bij het Antonie van Leeuwenhoek. ‘Ik houd wel van een uitdaging’, zegt hij. ‘Bovendien was Nederland altijd goed voor mij en wil ik graag iets terugdoen.’

Bij de politie gaat Tal nu eerst als cybervrijwilliger op het Darkweb werken. Hij hoopt zich daarnaast ook op zaken te storten als kunstmatige intelligentie, predictive policing en een project rond zogenoemde spookburgers. ‘Het voelt heel goed, het is hier net één grote familie’, zegt hij.

Toekomst
Wij zijn met deze relatief kleine groep mensen begonnen, omdat zij qua werk het gemakkelijkst aan te sluiten zijn’, zegt Van der Plas. ‘Ze hebben vaak al opsporingsbevoegdheid en hebben maar beperkte bij- of omscholing nodig. De ervaringen van dit project kunnen bijdragen aan de totstandkoming van specifiek beleid bij de inzet van politievrijwilligers bij de aanpak en bestrijding van cybercrime in het algemeen.'
‘We zijn verder druk doende om experts in speciale trajecten bij ons aan de slag te krijgen’, aldus Van der Plas. ‘Uiteraard kijken we daarbij scherp naar veiligheid of eventuele verborgen commerciële belangen. We zijn niet naïef.’

Politie zet cybervrijwilligers in op het Darkweb (Foto: stockfoto politie.nl)
Politie zet cybervrijwilligers in op het Darkweb (Foto: stockfoto politie.nl)