Wrakingskamer: Beslissing rechters onbegrijpelijk

Danny

Gisteren wraakte de wrakingskamer de rechters in het hoger beroep van het proces van Geert Wilders over zijn 'minder, minder' uitspraak. Wilders had via zijn advocaat om uitstel gevraagd om nader onderzoek te doen naar de aangiften tegen D66 partijleiden Alexander Pechtold, die uitsprak dat hij 'de eerste Rus die zijn eigen problemen opruimt' nog moest tegen komen.

Het OM besloot om Pechtold niet voor die uitspraak te vervolgen, waar Wilders wél wordt vervolgd om zijn 'willen jullie meer of minder Marokkanen' vraag, maar de rechters besloten hem dat uitstel niet te geven. Hierop wraakte hij de rechtbank, en met succes.

De wrakingskamer kwam met een fel oordeel over de betrokken rechters, lezen we in het AD. De wrakingskamer vindt dat het hof zó summier en onbegrijpelijk heeft toegelicht dat extra onderzoek naar aangiftes tegen Wilders niet nodig is, dat het hof vooringenomen lijkt. De beslissingen van het hof zijn 'dermate beperkt onderbouwd' en zodanig 'afwijkend van de gedane verzoeken dat er sprake is van een 'onbegrijpelijke beslissing', stelt de kamer. Daarom kan het niet anders dat rechters de schijn hebben gewekt van vooringenomenheid, luidt het oordeel.

De wrakingskamer stelde tevens dat niet kan worden uitgesloten dat er parallellen zijn tussen de uitlatingen van D66-leider Alexander Pechtold en de uitspraak van Wilders.

Wilders zelf vindt het overigens begrijpelijk dat Pechtold niet vervolgd wordt, alleen zou ook hijzelf niet vervolgd moeten worden. Belediging is belediging.  "Of allebei wel, of allebei niet" aldus Wilders.