Kan Sanders het Clinton lastig maken?

Gambetta

Afgelopen week berichtte FOK! dat senator Bernie Sanders (73) de grote underdog is in de strijd tegen voormalig minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton (67) om de Democratische nominatie voor president. Vandaag proberen we nader te verklaren waarom Sanders eigenlijk geen kans maakt.

Volgens een recent onderzoek van onderzoeksbureau Gallup zijn de kiezers van de Democratische Partij het afgelopen decennium duidelijk naar links opgeschoven, op zowel sociaal als economisch gebied. De partij probeert hierin mee te gaan, en een gevolg hiervan is dat conservatieve Democratische politici steeds zeldzamer worden. Met name in het behoudende zuiden wordt het aantal Democratische gezagsdragers snel uitgedund. Met de ondergang van de rechtervleugel van de partij, waar rechtse Democraten ook voor waarschuwen, ligt het voor de hand dat de linkervleugel machtiger wordt. Het verklaart de roep binnen de partij om een helder en eenduidig links-liberaal alternatief voor Clinton.

Third Way
Om te begrijpen waar dit verlangen vandaan komt, moeten we even terug in de tijd, naar 1992 om precies te zijn. In dat jaar kwam Bill Clinton aan de macht op een platform dat men later de Third Way of derde weg zou noemen, een combinatie van liberale en conservatieve standpunten. Net als Tony Blair in Groot-Brittannië en Wim Kok hier in Nederland zou het omarmen van het marktwezen gepaard gaan met zorg voor de armlastigen. De Republikeinen hadden onder Reagan en Bush sr. net twaalf jaar de macht in handen gehad, en er was de Democraten alles aan gelegen om het Witte Huis weer in handen te krijgen. Clinton leek een eenvoudig verkiesbare kandidaat en dus werd voor lief genomen dat hij zijn ideologische veren had afgeschud.

Voor veel Democraten werd Clinton echter een enorme teleurstelling. In 1996 sprak hij tijdens de State of the Union address de fameuze woorden ‘the era of big government is over’. Dit leek niet langer de partij van de New Deal van FDR en de Great Society van Lyndon Johnson, en dat was het ook niet meer. Belangrijke wapenfeiten van Clinton als het vrijhandelsakkoord NAFTA, het inperken van de sociale zekerheid, de deregulatie van de financiële sector, de tough on crime-wetgeving en de voorliefde voor privatiseringen in het algemeen waren stuk voor stuk traditioneel rechtse thema’s die door de linkerflank werden verafschuwd.

Met dit in het achterhoofd lijkt het voor de hand liggend dat Sanders Hillary Clinton kan verslaan in de Democratische voorverkiezing. We hadden immers net geconcludeerd dat de rechtervleugel van de Democratische Partij veel van zijn invloed heeft verloren. Bill Clinton zou er vandaag de dag als blanke, zuidelijke, gematigde Democraat bijvoorbeeld ook niet aan te pas komen. Waarom zijn vrouw dan wel?

Obama-cultus
Wat veel mensen gemakshalve over het hoofd zien is dat Hillary Clinton beduidend linkser is dan haar man. Er heeft zich een beeld in ons hoofd genesteld dat Barack Obama haar in 2007 links inhaalde en de linkervleugel wél wist te enthousiasmeren, maar dat is een mythe. Het enige punt waarop Obama duidelijk linkser was dan Clinton was de Irakoorlog, die Clinton had gesteund (net als John Kerry en Joe Biden, overigens). Hier zou ze later haar spijt over betuigen, maar na acht jaar Bush was de Irakoorlog voor veel mensen een pregnant thema. Op binnenlands gebied, op traditioneel Democratische thema’s als immigratie, onderwijs en gezondheidszorg, was Clinton minstens even links als Obama.

Dat Obama Clinton wist te verslaan, was naast haar stem voor de Irakoorlog dan ook te danken aan de brede en raciaal diverse coalitie die hij wist te formeren. Dit is een ander probleem voor Sanders, omdat hij simpelweg niet in staat lijkt om in grote getalen zwarte Amerikanen en latino’s aan zich te binden, en zonder brede steun onder deze groepen kan de Democratische nominatie niet gewonnen worden. Sanders scoort relatief bovengemiddeld goed in Iowa en New Hampshire, de staten waar de eerste voorverkiezingen plaatsvinden en veel aandacht voor is. Dit zijn echter ook twee van de meest blanke staten van de VS, waardoor het een vertekenend beeld kan geven. Sanders’ thuisstaat, Vermont, is met 94% overigens ook een van de meest blanke staten van de VS.

Out of touch
De thema’s die Hillary deze campagne op de voorgrond tracht te plaatsen zijn stuk voor stuk kenmerkende links-liberale ideeën. Equal pay, het verhogen van het minimumloon, betaalbare ziektekosten, doorbetaald verlof, werknemers laten meeprofiteren van stijgende winsten, gratis community college, versoepelde immigratiewetgeving, etcetera. Het is allemaal net wat minder dan Bernie Sanders, maar dat is dan ook de meest liberale senator van Amerika. Het betekent niet dat ze out of touch is met de Democratische kiezer. Het grootste meningsverschil tussen Sanders en Clinton is de economie en de financiële sector, maar wanneer we de resultaten van het onderzoek van Gallup nader bekijken zien we dat 63% van de Democraten zich op economisch gebied gematigd/conservatief noemt. Sanders zal met zijn compromisloze ideeën dus niet zomaar de meerderheid van dit publiek overtuigen.

De polls laten zien dat Bernie over de gehele lijn weliswaar dichterbij komt, maar dat hij nationaal volgens RealClearPolitics nog steeds 40 procentpunt achter ligt. De steun voor Clinton neemt daarnaast niet af naarmate de steun voor Sanders toeneemt. Sanders’ populariteit is voor een groot deel zijn eigen populariteit, en niet een afkeer van Hillary. Sanders plukt dus vooral de stemmen af van andere Democratische kandidaten, en wanneer hij niet in staat blijkt stemmen direct van Clinton weg te halen, zal zijn campagne niet meer dan een symbolische waarde hebben.

Los van de inhoudelijke meningsverschillen heeft Clinton ook nog een paar andere voordelen. Haar campagne heeft $ 45 miljoen opgehaald, tegen $ 15 miljoen voor Sanders. Ze heeft nu al de steun gekregen van zeven zittende gouverneurs en 27 zittende senatoren, meer dan de helft van de Democratische fractie. Ook 90 van de 188 Democraten in het Huis van Afgevaardigden hebben haar publiekelijk hun steun toegezegd.

Toch zal het idee dat Sanders een geloofwaardige en gevaarlijke tegenstander is voor Clinton voorlopig gevoed blijven worden door de media. Vergeet echter niet dat deze zelfde media enorm gebaat zijn bij spanning in de voorverkiezingen. Artikels over de dominantie van Clinton verkopen immers geen kranten en leveren op internet geen clicks op. De media hebben er dus zelf een belang bij dat de campagne van Sanders een succes wordt.

Howard Dean
Omdat we Hillary dus gevoelsmatig associëren met het centristische beleid van haar man en we ons herinneren hoe de linkse droom Obama haar acht jaar geleden de pas afsneed, lijkt het logisch dat Sanders haar kan verslaan. Zeker wanneer we beseffen dat de Democratische kiezer de afgelopen jaren linkser is geworden. We gaan hierbij echter voorbij aan het feit dat Clinton geen doorsnee centrist is die gevoelig is voor een aanval vanaf links. Acht jaar geleden kon ze worden verslagen vanwege de voortslepende Irakoorlog, Obama’s charisma en zijn onweerstaanbare raciale grensoverschrijdende mantra’s van hope en change. Bernie Sanders is geen Obama, en zal dat ook niet meer worden. Sanders past meer in de traditie van linkse Democraten als Bill Bradley (2000) en Howard Dean (2004) die het de partijfavorieten (Al Gore, John Kerry) misschien wel lastig kunnen maken, maar niet aan het wankelen kunnen brengen.