'Chloorgas gebruikt in Syrië'

Tegen drie dorpen in Syrië die in handen zijn van de oppositie is vorig jaar chloorgas gebruikt. Dat staat in een nog vertrouwelijk rapport van de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW) dat dinsdag in handen kwam van AP. In het rapport wordt geen schuldige aangewezen.

Bij de aanvallen kwamen dertien mensen om, 350 tot vijfhonderd raakten gewond. En hoewel in het rapport de Syrische regering niet als schuldige wordt aangewezen zeiden 32 van de 37 getuigen die de OPCW sprak wel dat ze 'een helikopter hoorden of zagen ten tijde van de aanval met oliedrums vol explosieven en giftige chemicaliën'. Ook roken inwoners van de dorpen het chloorgas nadat de zogenoemde vatbommen waren ingeslagen. Ze omschreven de geur als een 'intense, chloorachtige lucht, vergelijkbaar met spullen waarmee je een toilet schoonmaakt, maar dan veel sterker'.

De OPCW kreeg vorig jaar de opdracht om de berichten over het gebruik van chloorgas in Syrië te onderzoeken. De organisatie raakte eerder al betrokken bij de Syrische burgeroorlog, naar aanleiding van een aanval met saringas in augustus 2013. Na die aanval nam de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties een resolutie aan waarin Syrië werd opgedragen al zijn chemische wapens af te staan. Onder leiding van de OPCW werd het gifgas uit Syrië gehaald en vernietigd. Het is echter nog de vraag of Syrië daadwerkelijk al zijn chemiche wapens heeft afgestaan.

Het nieuwste OPCW-rapport werd dinsdag bij de VN achter gesloten deuren besproken. Volgens bronnen willen de Verenigde Staten en andere westerse landen dat de Veiligheidsraad nieuwe maatregelen neemt naar aanleiding van het rapport. Rusland, Syriës trouwste bondgenoot, vindt het eventuele gebruik van chloorgas echter een zaak van de OPCW, niet van de Veiligheidsraad. Rusland heeft de afgelopen jaren meermaals zijn veto in de Veiligheidsraad gebruikt om het regime van president Bashar Assad uit de wind te houden.