Italiaanse tennissers onderzocht vanwege matchfixing

De Italiaanse tennissers Daniele Bracciali en Potito Starace zijn in de problemen gekomen vanwege mogelijke betrokkenheid bij matchfixing. Gesprekken die zouden duiden op omkoping verschenen woensdag in Italiaanse media.

De gesprekken maakten deel uit van bewijsmateriaal waar onderzoekers in Cremona al tijden mee bezig zijn in verband met een grootschalig onderzoek naar matchfixing binnen het voetbal. In juli 2007 bleek de nu 36-jarige Bracciali via Skype met een - in 2011 opgepakte - accountant te overleggen over het 'regelen' van een wedstrijd tegen de Amerikaan Scoville Jenkins, tijdens het toernooi in Newport. Jenkins won de wedstrijd met 6-2, 6-1.

Ook de 33-jarige Starace kwam ter sprake. Hij werd genoemd in een gesprek met een in 2011 opgepakte eigenaar van een wedkantoor, die zei dat Starace akkoord ging met het verliezen van de finale in Casablanca. Hij verloor daar met 6-1, 6-2 van de Spanjaard Pablo Andújar, waar voor de wedstrijd bij de bookmakers relatief veel op werd ingezet.

Aanklager Roberto di Martino heeft bevestigd dat er gekeken wordt naar Bracciali en Starace, tegenwoordig regelmatig dubbelpartners, die echter nog niet officieel onder verdenking staan. De betrokkenheid van spelers uit andere landen kan hij niet ontkennen: "Ik kan nu niks meer zeggen behalve dat ik dat niet uit kan sluiten." Bracciali en Starace waren beiden nog niet bereikbaar voor commentaar.

Het is niet de eerste keer dat de twee Italianen in de problemen komen vanwege het wedden. In 2007 en 2008 maakten ze deel uit van een groep van vijf Italiaanse tennissers die schorsingen van zes weken tot negen maanden aan hun broek kregen omdat ze, tegen de regels in, geld hadden ingezet op wedstrijden.