Schade aan Arctic Sunrise zeker vier ton

De schade aan het Greenpeace-schip Arctic Sunrise bedraagt ongeveer vierhonderdduizend euro. Dat heeft een onafhankelijk onderzoeksbureau volgens een woordvoerder van de milieuorganisatie becijferd. "We zijn nu bezig met reparaties. Pas als alles is afgerond, weten we wat de echte kosten zijn geweest."

Met de reparaties moet het schip weer 'actieklaar' worden, maar ook duurzamer. "We hebben besloten het nu goed te doen en de komende anderhalf jaar ook grotere reparaties uit te voeren om het schip efficiënter en duurzamer te maken." In de tussentijd vaart de Arctic Sunrise wel gewoon en wordt er ook campagne mee gevoerd. "Als het uitkomt wordt het schip uit de vaart genomen en worden grotere reparaties uitgevoerd."

De Arctic Sunrise werd in september vorig jaar geënterd door de Russen, die het schip aan de ketting legden in Moermansk. De actie van de Russen volgde op een protest van Greenpeace bij een boorplatform in de Barentszzee. De bemanning werd aangehouden op verdenking van wat de Russen 'piraterij' noemden.

Nederland diende een klacht in bij het Internationaal Zeerechttribunaal. Dat oordeelde in november dat de bemanning moet worden vrijgelaten en het schip moet worden teruggegeven. Aanvankelijk weigerde Rusland, maar in aanloop naar de Winterspelen in Sotsji kreeg de bemanning amnestie.

De Arctic Sunrise werd pas later vrijgegeven. Het schip keerde begin vorige maand met forse schade terug in Nederland. Onder meer communicatie- en navigatieapparatuur is volgens de zegsvrouw verdwenen. Ook zijn deuren ingetrapt en zijn leidingen gesprongen, waardoor water op vloeren terecht is gekomen. Die zijn daardoor nu ook verrot, vertelt de zegsvrouw.

Greenpeace draait vooralsnog zelf op voor de kosten. Of Rusland uiteindelijk de rekening betaalt, is nog onduidelijk. De Nederlandse staat is een bodemprocedure begonnen tegen Rusland bij het Zeerechttribunaal in Hamburg. Een schadevergoeding is daar onderdeel van. De hoogte daarvan is vooralsnog onbekend.