Onderaardse 'oceanen aan water' dankzij diamant bewezen

Bert (superworm)

Een klein, gehavend en waardeloos diamantje dat in een rivierbedding in Brazilië werd gevonden levert volgens geologen bewijs voor giganteske onderaardse waterreservoirs waar mogelijk minstens evenveel water in zit als in alle oceanen en zeeën bij elkaar. 

Dat schrijft The Guardian op basis van de nieuwste editie van het wetenschappelijke tijdschrift Nature. Daarin deed o.a. geoloog Graham Pearson, die de diamant onderzocht, uit de doeken wat er precies is ontdekt.

"Het is geen Jules Verne-achtige oceaan die je kunt bevaren met een boot", stelt hij. Het water zit opgeslagen in de zogeheten manteltransitiezone, een dikke laag mineralen tussen 410 en 660 kilometer onder het aardoppervlak. The Guardian heeft een mooi plaatje gemaakt om de ontdekking (en locatie) te verduidelijken.

Die mineralen worden bij hoge druk samengepakt tot andere mineralen en diamanten en kunnen met vulkaanuitbarstingen met 70 kilometer per uur richting de aardkorst omhooggestuwd worden. Ook bij de gevonden diamant was dat het geval. Het zwaargehavende ding 'ziet eruit alsof-ie naar de hel en terug is geweest' en zou bij de juwelier volgens Pearson nog geen twee tientjes opleveren.

De meeste diamanten vormen zich veel minder diep, rond 150 kilometer onder de aardkorst. Bij het bekijken hoe oud het ding precies is stuitte het team onverwacht op een fragment aan ringwoodiet, een mineraal dat op zeer diepe dieptes wordt gevormd als het aldaar wijdverbreide mineraal olivijn onder hoge druk komt te staan.

Geologen vermoedden al decennia dat ringwoodiet net als de tegenhanger olivijn (heel veel) voorkomt diep in onze aarde, maar hadden daar tot dusver nooit bewijs voor gevonden. Het uit de mantel afkomstige ringwoodiet bestaat voor ongeveer 1,5 procent aan water.

Pearson: "Dat klinkt als niet veel, maar als je meeneemt in de berekening dat er ontzettend veel ringwoodiet diep in de aarde zou moeten zitten, dan zou er evenveel water in kunnen zitten als in alle oceanen in de wereld bij elkaar." Er zouden tevens 'natte plekken' of 'oases' in de mantel moeten zitten, waar water zich heeft opgehoopt.

Geologen hopen enkele vreemde dingen die men in de aardkorst heeft opgemerkt dankzij het bewijs voor onderaards water te kunnen gaan verklaren. Zo zou water dat omhoog komt in gesmolten magma kunnen oplossen en de onderkant van continentale platen kunnen bereiken, waar de kilometerslange platen steen verzwakt worden.

Dat zou op z'n beurt kunnen zorgen voor zwakke plekken in de aardkorst waar vulkanen vaak voorkomen. Ook zou het de aardkorst omhoog kunnen duwen, hetgeen inderdaad bij een aantal tektonische platen het geval is.