NSU-proces Duitsland voortgezet

Redactie

In München is woensdag na drie weken kerstreces de rechtszaak hervat tegen de Duitse neonazi Beate Zschäpe, die met extreemrechtse kornuiten een terreurcampagne tegen immigranten zou hebben gevoerd. Op de zitting is onder andere een getuige gehoord wier zorgpas werd gebruikt door Zschäpe. Ook de echtgenoot van de getuige is opgeroepen. Hij zou nauwe banden met rechtsextremisten hebben.

De getuige zou haar zorgpas voor driehonderd euro hebben verkocht aan Holger G., volgens het openbaar ministerie een steunpilaar van de Nationaalsocialistische Ondergrondse (NSU). G. gaf de zorgpas vervolgens aan Zschäpe, die daarmee onder een andere identiteit een huisarts kon bezoeken. De vrouw verklaarde op een eerdere zitting alleen maar aan het geld te hebben gedacht. "Ik ben maar een arme kapster", verdedigde ze zich.

De rechter nam met deze verklaring geen genoegen en wil nu ook haar man spreken. Die zou rechtsradicale opvattingen hebben, blijkens een tatoeage van het woord Skinhead op zijn buik.

De 38-jarige Zschäpe, een kopstuk van de extreemrechtse terreurorganisatie NSU, staat terecht voor haar aandeel in de moord op acht Turken, een Griek en een politieagente. Daarnaast zou ze de hand hebben gehad in zeker twee bomaanslagen en vijftien bankovervallen. De NSU bleef onopgemerkt door inlichtingen- en opsporingsdiensten en kon bijna dertien jaar lang ongestoord haar gang gaan. Toen de organisatie uiteindelijk werd ontdekt beroofden twee andere verdachten, Uwe Böhnhardt en Uwe Mundlos, zich van het leven.