'Amerikanen niet terug naar Irak'

De Verenigde Staten steunen de Iraakse regering in haar strijd tegen soennitische extremisten die twee steden hebben ingenomen, maar sturen geen Amerikaanse troepen naar Irak. Dat heeft de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken John Kerry zondag gezegd.

Kerry zei dat de extremisten de regio proberen te destabiliseren en het democratisch proces in Irak ondermijnen. De VS staan in contact met Iraakse tribale leiders in de provincie Anbar die de militanten het hoofd bieden, maar 'dit is een strijd die aan de Irakezen toebehoort', zei hij.

"Dat is precies wat de president en de wereld enige tijd geleden hebben besloten toen wij Irak verlieten, daarom overwegen wij geen terugkeer", zei Kerry. "Dit is hun gevecht. Wij zullen hen helpen in hun gevecht, maar zij zullen dit gevecht zelf moeten winnen en ik heb er alle vertrouwen in dat zij dit kunnen."

De met Al-Qaida verbonden militanten hebben de steden Fallujah en Ramadi grotendeels overgenomen nadat het Iraakse leger zich had teruggetrokken. Beide steden liggen in Anbar, een uitgestrekte, woestijnachtige provincie met een overwegend soennitische bevolking die grenst aan Syrië en Jordanië.

"Wij zijn zeer, zeer bezorgd over de pogingen van Al-Qaida en de Islamitische Staat van Irak in de Levant om zijn gezag niet alleen in Irak, maar ook in Syrië te vestigen", zei Kerry. "Zij zijn de gevaarlijkste spelers in die regio. Iedereen kan zien hoe barbaars ze optreden tegen burgers in Ramadi en Fallujah en tegen de Iraakse veiligheidstroepen."

De Amerikaanse minister is inmiddels uit Jeruzalem naar Jordanië en Saudi-Arabië vertrokken om de leiders van die landen bij te praten over zijn besprekingen met de Palestijnse leider Mahmoud Abbas en de Israëlische premier Benjamin Netanyahu. Hij zei dat er in de 'zeer serieuze en zeer intensieve' gesprekken enige vooruitgang is geboekt, maar dat er nog belangrijke obstakels moeten worden geslecht.

Volgens een Palestijnse zegsman heeft Kerry Abbas gevraagd Israël te erkennen als joodse staat. Volgens de zegsman is Abbas tegen, omdat dit afbreuk doet aan het recht van Palestijnse vluchtelingen om terug te keren naar wat nu Israël is, maar worden de gesprekken wel voortgezet. In ruil voor Palestijnse erkenning van Israël als thuisland voor de joden wil Kerry Israël zo ver krijgen de grenzen van voor 1967 te aanvaarden als uitgangspunt voor de onderhandelingen over de uiteindelijke grenzen.