Vicepresident Kenia in beklaagdenbankje Strafhof

Redactie

De Keniaanse vicepresident William Ruto is maandag vertrokken naar Den Haag om daar terecht te staan voor het Internationaal Strafhof (ICC). Ruto verschijnt dinsdag voor het hof om rekenschap af te leggen voor de misdaden tegen de menselijkheid die hij volgens de aanklagers op zijn geweten heeft. Aanklagers en verdediging gingen maandag buiten de rechtszaal al de strijd aan.

De vicepresident is aangeklaagd voor zijn aandeel in de moord, deportatie en vervolging van aanhangers van zijn politieke rivalen ten tijde van de omstreden presidentsverkiezingen van 2007. Meer dan duizend Kenianen kwamen toen om in etnische onlusten die het land op het randje van een burgeroorlog brachten.

De aanloop naar het proces werd maandag overschaduwd door beschuldigingen over en weer tussen de aanklager en de advocaat van Ruto. De eerste beticht de verdediging ervan meerdere getuigen à charge meermalen te hebben bedreigd om de aanklager in de wielen te rijden. Die opzet is volgens aanklager Fatou Bensouda geslaagd: sommige getuigen hebben zich teruggetrokken.

De raadsman van Ruto beschuldigt Bensouda op zijn beurt van het aandragen van valse getuigenissen. "De waarheid zal aantonen (...) dat een stel samenzweerders verzinsels heeft gebakken die met vishaak, lijn en dobber door de aanklagers zijn geslikt", zei advocaat Karim Khan. Hij noemde de bewijsvoering 'een beklagenswaardige rotzooi' en een 'parodie op het recht'.

Ook president Uhuru Kenyatta is door het ICC gedagvaard omdat hij tot verkiezingsgeweld zou hebben opgehitst. Ruto en Kenyatta hebben het hof beiden hun medewerking beloofd. Ze zeggen echter niet tegelijkertijd in Den Haag te kunnen zijn, omdat Kenia ook nog geregeerd moet worden.

De rechtszaak tegen Kenyatta is het eerste ICC-proces waarbij een zittende president terechtstaat. De aanklagers gingen uiteindelijk tot vervolging over omdat justitie in Kenia de verantwoordelijken voor het geweld van 2007 ongemoeid liet.

Aanvankelijk steunden veel Kenianen het optreden van het Internationaal Strafhof, maar dat is inmiddels anders. Met het verstrijken van de tijd zien zij steeds minder heil in de vervolging en klachten over de 'bemoeizucht' van het ICC klinken al luider. Het hof zou het enkel op Afrikanen hebben voorzien, waar in hun ogen de Amerikaanse en de Britse regering vanwege de inval in Irak toch ook vervolging verdienden.

Het Keniaanse parlement riep de regering donderdag zelfs in een motie op Kenia aan het ICC te onttrekken. De regering zou daartoe haar handtekening onder het Statuut van Rome, die Kenia aan de rechtsmacht van het ICC onderwerpt, moeten doorstrepen.