Nieuwe reeks bomaanslagen Bagdad

Opnieuw een bloedige dag in Bagdad: bij aanslagen in en rond de Iraakse hoofdstad vielen dinsdag minstens 67 doden en tientallen gewonden.

Nadat eerder op de dag al veertien mensen waren omgekomen, werd Bagdad dinsdag aan het begin van de avond opnieuw opgeschrikt door een reeks aanslagen met autobommen. Die deden zich binnen een tijdsspanne van twee twee uur voor in elf verschillende wijken en eisten ten minste 53 levens, meldden politie en ziekenhuizen. Getroffen werden onder meer winkelcentra en restaurants in de de wijken Husseiniyah en Talibiyah in het oosten en noordoosten, een politiebureau in de westelijke wijk Sadiyah en een centraal plein in de zakenwijk Karradah.

De verantwoordelijkheid voor de aanslagen is niet opgeëist, maar gecoördineerde aanslagen met autobommen en aanslagen op burgers en leden van de Iraakse veiligheidsdiensten zijn een geliefde tactiek van de Iraakse tak van Al-Qaida.

Bij een van de eerdere aanslagen in Bagdad stormden gewapende mannen de woning binnen van een lid van een soennitische militie die tegen Al-Qaida gekant is; hij werd samen met zijn vrouw en drie kinderen omgebracht. De Sahwa-militie hielp enkele jaren geleden de Amerikanen bij de bestrijding van Al-Qaida. De militieleden worden sindsdien door de extremisten als verraders beschouwd. Een van de leiders van Sahwa ontkwam maandag ternauwernood aan een aanslag door twee zelfmoordterroristen, waarbij wel zes lijfwachten en een omstander om het leven kwamen.

Sinds april zijn door het weer toenemende geweld in Irak minstens vierduizend mensen om het leven gekomen. In de maand augustus alleen al vielen meer dan achthonderd doden, volgens gegevens van de Verenigde Naties.