Onderzoek naar tegenprestatie in de bijstand

Staatssecretaris van Sociale Zaken Jetta Klijnsma (PvdA) gaat onderzoeken hoe gemeenten omgaan met de tegenprestatie die mensen in de bijstand moeten leveren. Het onderzoek moet gemeenten handvatten bieden om het 'prille fenomeen van de tegenprestatie' vorm te geven. Dat zei de staatssecretaris woensdag tijdens een debat over de bijstand.

Bijstandsgerechtigden moeten sinds kort een maatschappelijke tegenprestatie leveren in ruil voor hun uitkering. Volgens de staatssecretaris is voor veel gemeenten echter nog onduidelijk hoe ze hier invulling aan kunnen geven en welke werkzaamheden geschikt zijn als tegenprestatie.

VVD-Kamerlid Sjoerd Potters stelde volgens de NOS in het debat dat de gemeentelijke interpretaties van de tegenprestatie te veel verschillen. Zo zouden mensen met een bijstandsuitkering in Rotterdam en Enschede verkeersborden moeten schoonmaken en koffie moeten schenken in een bejaardentehuis, terwijl dit in sommige andere gemeenten niet of nauwelijks gebeurt.

Met het onderzoek komt Klijnsma tegemoet aan het verzoek van een groot deel van de Tweede Kamer en de FNV. Die laatste overhandigde de bewindsvrouw woensdag voorafgaand aan het Kamerdebat een zwartboek met negatieve ervaringen van bijstandsgerechtigden. De vakbond vreest dat de werkloosheid toeneemt als gevolg van de tegenprestatie, omdat gemeenten bijstandsgerechtigden dwingen werk over te nemen dat eerst werd gedaan door betaalde krachten.

Volgens de staatssecretaris moet het onderzoek naar de bijstand echter niet alleen gaan over de negatieve gevallen, maar ook dienen als een soort 'witboek' met positieve invullingen van de tegenprestatie. Ze laat nog voor het zomerreces aan de Tweede Kamer weten wie het onderzoek gaat doen.