Familie grensrechter wil 3,5 ton van verdachten

Redactie

De nabestaanden van Richard Nieuwenhuizen eisen ongeveer 350.000 euro schadevergoeding van de acht verdachten in de zaak rond de dode grensrechter. Dat vertelde hun advocaat Yehudi Moszkowicz donderdag in de rechtbank van Lelystad. De geëiste vergoeding bestaat onder meer uit gederfde inkomsten en smartengeld.

Moszkowicz betoogde dat de 41-jarige Nieuwenhuizen kostwinner was van het gezin. Door hem ingeschakelde deskundigen becijferden de inkomsten die hij zou hebben verdiend tot aan de dood van zijn vrouw Xandra op ruim 210.000 euro. Ook moeten de verdachten volgens hem opdraaien voor de kosten van de begrafenis, zo'n dertienduizend euro. Ook de drie kinderen van Nieuwenhuizen lopen inkomsten mis.

Behalve een vergoeding van de materiële schade eiste Moszkowicz, die woensdagavond bij Knevel & Van den Brink al hintte op een forse schadevergoeding, ook dat de verdachten de vier gezinsleden geld betalen voor de schade door de shock die ze hebben opgelopen door de fatale vechtpartij. Voor elk van de vier gezinsleden eiste hij 25.000 euro.

De shock zat hem voor Nieuwenhuizens vrouw onder meer in het moeten nemen van de beslissing om de behandeling van de zwaargewonde grensrechter te staken. Ook de media-aandacht voor de zaak zou haar zwaar vallen. Zoon Mykel moest volgens Moszkowicz lijdzaam toezien hoe zijn vader werd doodgeschopt. Een andere zoon lijdt volgens hem sinds de dood van zijn vader aan slaapproblemen.

Het is overigens de vraag of de rechtbank gevoelig zal blijken voor de argumenten van de raadsman. Dergelijke civiele eisen mogen een strafzaak niet onnodig belasten. Mogelijk wordt de eis tot betaling van schadevergoeding en smartengeld doorverwezen naar een aparte civiele zaak.

Komt de rechtbank later wel tot een veroordeling in de zaak en wijzen de rechters ook een bedrag aan materiële en immateriële schadevergoeding toe, dan moeten de veroordeelden de beurs trekken. Lukt het de verdachten - op één na allemaal tieners - niet, dan schiet de staat het bedrag voor. De staat kan vervolgens nog jarenlang proberen het geld terug te vorderen.