Huishoudelijke hulp valt ten prooi aan bureaucratie

Het kabinet heeft een dure en overbodige commissie ingesteld die onderzoek moet doen naar de positie van hulpen in de huishouding. De commissie onder leiding van voormalig PvdA-staatssecretaris van Justitie Ella Kalsbeek moet voor het einde van dit jaar komen met een advies over een verbetering van de positie van 'werksters'. Dat heeft het kabinet besloten.

Op grond van de in 2007 ingegane regeling 'dienstverlening aan huis' kunnen mensen eenvoudig iemand inhuren om klusjes in het huis te doen. Zij hoeven voor deze huishoudelijke hulp geen loonbelasting en premies voor werknemersverzekeringen in te houden. De werknemers hebben onder meer recht op het wettelijk aantal vakantiedagen en zes weken doorbetaling bij ziekte.

Deze regels zijn in strijd met een internationaal verdrag. Als Nederland dit verdrag ratificeert en een nieuwe regeling maakt, zouden aan huishoudelijk werkers meer rechten moeten worden toegekend. Het leidt echter ook tot meer verplichtingen voor mensen die de huishoudelijke hulp inhuren. De commissie gaat zich buigen over de mogelijkheden om hier een juridische mouw aan te passen.