Dodental aardbeving China verder omhoog

Het dodental als gevolg van de krachtige aardbeving zaterdag in de Chinese provincie Sichuan is opgelopen naar 180. Meer dan elfduizend mensen raakten gewond. Reddingswerkers hebben moeite om voldoende hulpgoederen naar het getroffen gebied te brengen. Tienduizenden mensen hebben de nacht doorgebracht in auto's en tenten, omdat hun huizen zijn verwoest of omdat ze niet meer in hun eigen huis durven te slapen. Er zijn honderden naschokken geteld.

De aardbeving, die volgens de Amerikaanse geologische dienst USGS een kracht van 6,6 had, richtte veel schade aan. Er ontstonden aardverschuivingen die huizen verwoestten en wegen onbegaanbaar maakten. Op veel plaatsen is de stroom uitgevallen en zijn er problemen met het telefoonnetwerk. Het epicentrum van de beving lag in de gemeente Lushan en had slechts dertien kilometer onder het aardoppervlak plaats.

De 58-jarige Zheng Xianlan, uit het dorp Shuangli, zei dat ze dat haar huis is ingestort en dat ze de nacht buiten moest doorbrengen. "We verdienen niet veel geld. We weten niet wat we nu moeten doen", zei Zheng met tranen in haar ogen. "De regering heeft tot nu toe maar één tent voor het hele dorp gebracht, maar dat is niet genoeg."

Er zijn duizenden reddingswerkers naar het gebied gestuurd. Ook zijn er graafmachines, vrachtwagens, tenten en dekens onderweg. De Chinese premier Li Keqiang arriveerde zaterdagmiddag in het gebied om de hulpverlening te coördineren. Ook het Rode Kruis heeft hulpverleners gestuurd met drinkwater, voedsel, medicijnen en andere noodhulp.

In 2008 had in hetzelfde gebied ook een aardbeving plaats. Bij die beving, met een kracht van 7,9, kwamen meer dan 90 duizend mensen om het leven.