Stedelijk Museum: plek weer veroveren

Na een grootscheepse renovatie van bijna 10 jaar opent het Stedelijk Museum in Amsterdam op 23 september weer de deuren voor het publiek. Directeur Ann Goldstein (1957) kijkt vol enthousiasme uit naar deze dag. Al ziet de wereld er nu heel anders uit dan voor de sluiting, zegt de Amerikaanse, die sinds januari 2010 leiding geeft aan het museum.

"We hebben een hoop concurrentie van andere musea voor moderne kunst, zoals het Tate Modern in Londen. Het cultureel toerisme is veel meer opgekomen: mensen reizen voor een tentoonstelling. Wij moeten onze plek in de gemeenschap weer veroveren." Ook de financiële middelen zijn schaarser. "We krijgen te maken met bezuinigingen. We moeten meer improviseren. In plaats van plan A, zullen we nu plan B, C of D uitvoeren. Fondsenwerving wordt steeds belangrijker."

Goldstein en haar medewerkers leggen dezer dagen de laatste hand aan de inrichting, voordat koningin Beatrix het museum op 22 september officieel heropent. Vrijwel alle schilderijen, beeldhouwwerken, meubelen en installaties zijn al geplaatst of hangen aan de muren, de grote installatie in de kelderzaal wordt nu gebouwd en overal moeten nog tekstbordjes bij komen. Curatoren verplaatsen kunstwerken een paar centimeter om ze beter tot hun recht te laten komen en schaven aan publicaties. "Elke dag keur ik wel iets goed, zoals bijvoorbeeld een bezoekersgids."

Het vernieuwde Stedelijk heeft straks een oppervlakte van 19.446 vierkante meter en is daarmee bijna twee keer zo groot als het 'oude' museum. Van de collectie van ruim 90.000 objecten zullen er zo'n 2500 te zien zijn. Sommige werken zijn permanent te bezichtigen, zoals het café The Beanery en schilderijen van Chagall, Appel, Warhol en Matisse. Een groot deel van het nieuwe museum is voor het eerst gewijd aan design, met werken van vormgevers als Gerrit Rietveld en Philippe Starck.

Goldstein wil daarnaast regelmatig exposities organiseren. Niet alleen 'blockbusters', maar ook veel kleinschalige, zoals een soloproject van een kunstenaar. "Zo kunnen we dingen sneller doen, kunnen we meteen ergens op reageren." Voor de komende jaren staan exposities op het programma rond onder andere Malevich, Marcel Wanders en Marlene Dumas.

Na de heropening wil Goldstein niet alleen cultuurliefhebbers trekken, maar ook jonge mensen. "Veel van deze mensen kennen het Stedelijk eigenlijk niet. Voor hen gaat het niet om een heropening, maar om een opening." Met extra's, zoals een publieksprogramma met filmavonden, workshops en performances, een avondopenstelling en onderwijsactiviteiten, hoopt ze daarnaast dat bezoekers terugkeren. "Het Stedelijk moet een ontmoetingscentrum zijn waar mensen ook komen om koffie te drinken. Net zoals dat vroeger was."

Stedelijk Museum: onze plek weer veroveren (Foto: ANP)