'Badr Hari bekent twee zaken deels'

Redactie

Badr Hari heeft gedeeltelijke bekentenissen afgelegd in twee zaken. De overige vier geweldsdelicten waarvan hij wordt beschuldigd, ontkent hij pertinent. Dat heeft zijn advocaat Bénédicte Ficq donderdag gezegd.

Donderdag werd bekend dat Hari wordt verdacht van niet twee, maar zes geweldsdelicten. De 27-jarige voormalig wereldkampioen K1-vechten wordt verdacht van poging tot doodslag op de 39-jarige miljonair Koen Everink tijdens het dancefeest Sensation in juli, het mishandelen van mede-eigenaar van Club Air in Amsterdam, Jeroen van den Berg vorig jaar en het uitdelen van een kopstoot aan de broer van een ex in december in café Cooldown bij het Leidseplein.

Verder zou hij ook nog een persoon hebben mishandeld in Club Air op dezelfde datum dat Van den Berg klappen kreeg. Daarnaast wordt Hari verdacht van een poging tot zware mishandeling in de Amsterdamse uitgaansgelegenheid Jimmy Woo in mei en de mishandeling van een vrouw in 2011.

Ficq zegt dat Hari heeft erkend dat Everink met de bovenkant van zijn platte hand een slag in het gezicht heeft gegeven. "Aan alles wat erna door anderen is gedaan, heeft hij part noch deel aan gehad." Volgens Ficq kende hij de personen die na zijn klap Everink hebben aangevallen niet. "En er waren geen afspraken om hem te belagen." Daarnaast erkent hij de kopstoot te hebben uitgedeeld aan de broer van zijn ex.

In de andere uitgaansgelegenheden waar hij mensen zou hebben mishandeld, is Hari wel geweest. Maar Hari heeft daar niemand mishandeld, zegt de raadsvrouw. "Dat hij daar destijds wel is geweest, is vaak ook het probleem van hem. Dan wordt meteen met de beschuldigende vinger naar hem gewezen."