Verdachten homohaat Chili aangeklaagd voor moord

Het Chileense openbaar ministerie heeft de vier mannen die op 3 maart een jonge homo in elkaar sloegen en hakenkruizen in zijn lichaam kerfden woensdag voor moord aangeklaagd. Het viertal had Daniel Zamudio zo toegetakeld dat hij dinsdagavond alsnog bezweek.

De vier verdachten, in de leeftijd van 19 tot 26 jaar oud, zaten tot dusver vast op verdenking van poging tot moord. Enkele van hen hadden al meer geweld tegen homo's op hun kerfstok. Volgens aanklager Ernesto Vazquez kwam ook de aanval op Zamudio overduidelijk voort uit homofobie.

Hoewel de verdachten nu levenslang boven het hoofd hangt toonden homorechtenactivisten zich nog niet tevreden. Het viertal moet volgens Rolando Jimenez van de Homobevrijdings- en integratiebeweging ook marteling ten laste worden gelegd.

De 25-jarige Zamudio, verkoper in een kledingzaak, werd op 3 maart in een park aangevallen. De verdachten zouden een uur lang op hem hebben ingeslagen, hem met sigarettenpeuken hebben bewerkt en hem met nazi-symbolen hebben bekrast.

Dinsdagavond hielden honderden mensen een wake voor het ziekenhuis, waar Zamudio even eerder hersendood was verklaard. Op de stoep richtten zij een gedenkteken op. De minister van binnenlandse zaken, die als plaatsvervanger van de uitlandige premier dinsdagavond zijn deelneming kwam betuigen, werd op boegeroep onthaald.

Dankzij de zaak-Zamudio is homohaat in Chili al weken het gesprek van de dag. President Sebastian Piñera verklaarde nog tijdens zijn bezoek aan Zuid-Korea dat zijn regering niet zal rusten voor haar anti-discriminatiewet is aangenomen. Die wet werd al zeven jaar geleden ingediend en heeft inmiddels de instemming van de senaat gekregen. Het lagerhuis schrikt tot dusver echter terug voor de maatregel, die volgens evangelische christenen de weg opent naar het homohuwelijk.