Dutchbatter geeft inzage in dagboek

Overste Johannes Rutten geeft alsnog inzage in het dagboek dat hij bijhield als Dutchbatter in Srebrenica. Persoonlijke gedeeltes mag hij onleesbaar maken. Dat heeft een woordvoerder van het ministerie van Defensie dinsdag gezegd.

Rutten is getuige in het proces tegen de voormalige Bosnisch-Servische leider Radovan Karadzic voor het Joegoslaviëtribunaal in Den Haag. Twee weken geleden maande het tribunaal hem inzage te geven in het dagboek, op straffe van maximaal zeven jaar celstraf. Rutten weigerde dat aanvankelijk, vanwege het privékarakter van het dagboek.

Volgens de woordvoerder is Rutten altijd bereid geweest inzage te geven, maar alleen onder voorwaarden. Hij wilde niet dat zijn dagboek integraal openbaar zou worden. "Er zijn nu goede afspraken gemaakt over het onleesbaar maken van persoonlijke alinea's."

Het dagboek werpt mogelijk een nieuw licht op de gebeurtenissen rond de val van Srebrenica in 1995. Luitenant-kolonel Rutten maakte toen onder meer foto's van de lichamen van negen doodgeschoten mannen. Het ontwikkelen van het fotorolletje door de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst mislukte echter. Dat gaf voeding aan de theorie dat Defensie probeerde te verhullen dat Dutchbat wist dat er in Srebrenica een moordpartij gaande was, maar niets deed of zelfs meehielp.