Rampzalig jaar voor Afrikaanse olifant

Redactie

2011 was een rampzalig jaar voor de Afrikaanse olifant, mogelijk het slechtste sinds de verkoop van ivoor in 1989 werd verboden om de grootste landdieren voor uitsterven te behoeden. Dat meldt TRAFFIC, de gezamenlijke waakhond van de natuurbeschermingsorganisaties WWF en IUCN.

Volgens de organisatie werd dit jaar een recordaantal van dertien grote partijen - dat zijn partijen van meer dan achthonderd kilo per stuk - onderschept. De precieze hoeveelheid is nog niet vastgesteld, maar het gaat om ivoor van rond de 2500 olifanten. Omdat het voor een deel ook om oude voorraden ging betekent het niet dat dit jaar ook zoveel olifanten zijn gedood, maar deskundigen zijn verontrust.

"Aangezien de meeste grote inbeslagnames van ivoor niet tot arrestaties leiden, vrees ik dat de criminelen aan de winnende hand zijn", zei Tom Milliken, olifanten- en neushoornexpert van TRAFFIC.

Vooral in Azië is veel vraag naar ivoor van olifanten en neushoorns. Volgens Milliken krijgen Aziatische syndicaten steeds vastere voet aan de grond in Afrika. "Er zijn meer Aziaten dan ooit op het continent en dit is een van de repercussies."

Veel ivoorzendingen worden onderschept in de havens in Kenia en Tanzania. Vanwege hun omvang worden de partijen niet meer door de lucht, maar over zee vervoerd. Een deel van de onderschepte ivoor blijkt afkomstig uit door de overheid in beslag genomen en opgeslagen contrabande. Dat deze toch zijn weg naar de illegale markt vindt, duidt volgens Milliken op corruptie.

Behalve olifanten zijn ook neushoorns doelwit van stropers. Dit jaar werden er in Zuid-Afrika zeker 443 gedood, 110 meer dan vorig jaar, aldus cijfers van National Geographic News Watch. Van de neushoorns die in Afrika nog over zijn, leeft negentig procent in Zuid-Afrika.


Rampzalig jaar voor Afrikaanse olifant (Foto: Novum)