OM dient verzoek tot ontbinding Martijn in

Redactie

Het Openbaar Ministerie heeft donderdag bij de rechtbank in Assen een verzoek ingediend om de pedofielenvereniging Martijn verboden te verklaren en te ontbinden. Dat heeft het OM bekendgemaakt.

Het verzoek is gericht aan de civiele afdeling van de rechtbank. Eerder werd al bekend dat het OM van plan was een burgerlijke rechter te vragen Martijn te verbieden.

De vereniging vergoelijkt en verheerlijkt volgens het OM pedofilie en pedoseksualiteit. Daarom zou er een 'zwaarwichtig publiek belang' zijn om jongeren en hun ouders tegen de activiteiten van Martijn te beschermen.

De vrijheid van vereniging weegt in dit geval minder zwaar dan de bescherming van mogelijke slachtoffers, aldus het OM. Als sprake is van activiteiten die in strijd met de openbare orde en de goede zeden zijn, valt het onder de taken van het OM een verzoek voor een verbod in te dienen.

De zaak heeft behoorlijk wat voeten in aarde gehad. Het OM besloot eerder Martijn niet strafrechtelijk te vervolgen. De ouders van een misbruikslachtoffer waren het niet eens met deze beslissing en vochten die aan. Het gerechtshof in Leeuwarden bepaalde vorige maand echter dat het OM Martijn niet strafrechtelijk hoeft te vervolgen.

Kort na het vonnis gaf minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) aan niet van plan te zijn het OM alsnog op te dragen pedofielenvereniging Martijn via het strafrecht te laten verbieden, omdat er langs die weg geen zaak tegen Martijn zou zijn. Op dat moment was overigens al duidelijk dat het OM het verbod zou gaan proberen af te dwingen via de civiele rechter.

Volgens Opstelten was de veroordeling van voorzitter Ad van den Berg tot tweeënhalf jaar cel voor het bezit van kinderporno 'baanbrekend' in deze beslissing van het OM. Als een leidinggevende van een vereniging wordt veroordeeld, kan de vereniging worden verboden.