Cyborg-insecten wekken eigen stroom op

Mick (Philosocles)

Amerikaanse wetenschappers zijn erin geslaagd om semi-robotische kevers tijdens het vliegen de energie te laten opwekken die nodig is om microprocessors en sensoren die ze meedragen, van elektriciteit te voorzien. De beestjes zijn bedoeld voor reddingsoperaties en surveillance.

Het met microprocessors manipuleren van insecten concurreert binnen de micromechanica met het maken van robots. Hoewel de nogal beperkte brain power van insecten qua artificiële intelligentie goed haalbaar is, heeft de wetenschap op het vlak van de aerodynamische capaciteiten en manoeuvreerbaarheid het nakijken.

Om die reden wordt gepoogd om met extreem kleine computers en elektroden in het zenuwstelsel van de vliegende geleedpotigen, het werk van de natuur te benutten en aan te vullen. De apparatuur behoeft echter stroom, en hoewel er al successen zijn geboekt met zonnepaneeltjes is deze aanpak door de onderzoekers van de universiteit van Michigan verworpen: die is immers afhankelijk van het aanwezige licht.

Cyborg-keversDe wetenschappers hebben gezocht naar een methode van energie-opwekking op basis van vibraties, waarbij een generator onder de vleugels werd uitgetest, maar de kosten op het vlak van de aerodynamica bleken te groot. Uiteindelijk werden goede resultaten geboekt door de dynamo's tussen de vleugelspieren en het exoskelet van het insect te bevestigen.

De uitrusting weegt volgens de onderzoekers minder dan 0,2 gram, ruim een gram minder dan wat motten in een eerder mislukt experiment mee moesten torsen. De energievoorziening is goed voor tegen de 0,00005 watt aan vermogen.

De aldus gemanipuleerde kevers zouden nuttig kunnen zijn bij bijvoorbeeld rampen. Ze zouden geschikt zijn om gevaarlijke gebieden in te vliegen, en via hun sensoren informatie door te geven waarop hulpdiensten dan weer kunnen reageren.


Een legertje robotische insecten kan in de toekomst best nuttig zijn