Donner onderzoekt inburgering Turken

Redactie

Minister van Binnenlandse Zaken Piet Hein Donner (CDA) gaat kijken hoe Turken in Nederland toch kunnen worden verplicht in te burgeren. Dat stelt de minister dinsdag in een reactie op een onherroepelijke uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Die oordeelde eerder op de dag dat Turken in Nederland niet mogen worden verplicht in te burgeren.

Volgens de raad is het opleggen van een inburgeringsexamens aan nieuwkomers in strijd met afspraken in een overeenkomst tussen Turkije en de Europese Unie. Donner, die verantwoordelijk is voor integratie, betreurt het gevolg van de uitspraak. "Het is van wezenlijk belang dat iedereen die hier woont en werkt, de Nederlandse taal spreekt en de gewoonten kent", zegt de minister.

Volgens Donner heeft de rechter geconcludeerd dat de inburgeringsplicht via de Wet inburgering nu niet op in Nederland wonende Turken van toepassing is. Hij 'vindt het echter van belang om te kijken op welke wijze het dan wel kan'.

Het probleem is volgens de hoogste rechter het zogeheten associatieverdrag tussen de Europese Unie en Turkije. Dat verdrag schrijft voor dat Turkse onderdanen niet meer geld kwijt mogen zijn om een verblijfsvergunning te krijgen dan EU-burgers. Het halen van een inburgeringsexamen kost geld en is dus een obstakel voor de positie van Turkse werknemers op de arbeidsmarkt.

Het ministerie van Binnenlandse Zaken stelt dinsdag dat in het regeerakkoord het kabinet al aankondigde zich in te zetten voor de aanpassing van het associatieverdrag tussen de Europese Unie en Turkije. Doel hiervan is ervoor te zorgen dat verplichte inburgering van Turken mogelijk blijft. Daarnaast liet de regering eerder al weten de leeftijdsonafhankelijke leerplicht te onderzoeken.