Ajax na zeven jaar weer kampioen

Olga Kroeders

Ajax leek lang uit de titelrace te zijn, maar de Amsterdammers hebben toch het kampioenschap veroverd. Op de laatste speeldag passeerde de ploeg van trainer Frank de Boer FC Twente door een 3-1 zege in een rechtstreekse confrontatie. Voor Ajax is het de dertigste landstitel uit de historie.

Ajax en PSV begonnen goed aan het seizoen in de Eredivisie, maar Twente had wat opstartproblemen. De regerend kampioen won wel de Johan Cruijff Schaal door Ajax in de Arena met 1-0 te verslaan, maar speelde vervolgens gelijk tegen Roda JC en sc Heerenveen.

Al snel waren het echter Twente, Ajax en PSV die zich bovenaan de ranglijst nestelden. De Amsterdammers stonden een tijdje bovenaan, maar halverwege het seizoen zakten ze zelfs even weg naar de vijfde plaats. Met het vertrek van Martin Jol als trainer begin december zette de recordkampioen de weg naar boven vervolgens weer in. Na het aantreden van Frank de Boer werd nog maar twee keer verloren in de competitie.

Desondanks was het PSV dat lang de beste vooruitzichten op de titel had. De Eindhovenaren gingen echter slordig om met een voorsprong op Twente van vier punten en liet in 2011 punten liggen tegen ADO Den Haag, Ajax, Twente, Heerenveen en Feyenoord. Die laatste nederlaag in Rotterdam was de doodsteek voor de titelaspiraties van PSV.

De ontmoeting tussen Twente en PSV begin april was het sleutelduel in de strijd om de koppositie. De beide ploegen waren daarin aan elkaar gewaagd, maar Twente was scherper voor het doel. Theo Janssen, al de hele jaargang een drijvende kracht bij de Tukkers, bezorgde Twente met twee goals de zege.

Ajax sloop ondertussen dichterbij door puntverlies van de concurrenten. Op de laatste speeldag moest de kraker tegen FC Twente in de Arena de beslissing brengen. In dat duel toonde Ajax veerkracht na de verloren bekerfinale, waardoor de Amsterdammers na zeven jaar eindelijk de derde ster op hun shirt krijgen.