Meer ziekenhuisopnamen door vuurwerk

Het vuurwerk heeft de afgelopen jaarwisseling tot meer ziekenhuisopnamen geleid dan de vorige keer. Het aantal slachtoffers dat op de eerste hulp werd behandeld daalde van 770 naar 710, maar het aantal dat moest worden opgenomen steeg van 54 naar 121, meldt de Stichting Consument en Veiligheid maandag.

Rond deze jaarwisseling vielen twee doden door vuurwerk, terwijl dat er de vorige keer nog nul waren. In beide gevallen kwam dat door een zelfgemaakte vuurwerkbom. Een 13-jarige jongen overleed in Harderwijk toen een mortierbom in zijn nabijheid verkeerd werd afgeschoten door een volwassene. Een 17-jarige jongen uit het Groningse Tolbert kwam om door een zelfgemaakte vuurwerkbom.

Zwaar knalvuurwerk wordt volgens de stichting steeds vaker gebruikt om een bom in elkaar te knutselen, maar het zou ongeschikt zijn voor evenementen. In Nederland is het al verboden, maar in de buurlanden is het nog wel te krijgen.

Het Openbaar Ministerie vindt daarom dat er een Europees verbod moet komen, schrijft de Volkskrant. Verder viel een dode doordat carbid werd afgeschoten, maar strikt genomen is carbid geen vuurwerk.

Hoewel deze keer veel campagne werd gevoerd om een vuurwerkbril te dragen, steeg het aandeel dat oogletsel had. De vorige keer hadden twee van de tien gewonden nog oogletsel, nu waren dat er drie van de tien.

Net als in voorgaande jaren kwam bij ongeveer 37 procent van de slachtoffers het vuurwerk van een ander. Onder 15- tot 19-jarigen vielen relatief minder gewonden, onder 20- tot 29-jarigen juist meer.

De stichting had voor de jaarwisseling de verwachting uitgesproken dat er meer gewonden zouden vallen. Door de gladheid zouden mensen niet op tijd weg kunnen komen als het misgaat.