Ambassade bezoekt Nederlander in Peru

static

De Nederlander die ervan wordt verdacht zijn Peruaanse vriendin in zijn cel te hebben opgehangen krijgt binnenkort consulaire bijstand. Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag bevestigt de zaak dinsdag, na berichten in Peruaanse media. De ambassade bezoekt de man in verband met de moord. De Nederlander kreeg eerder op eigen verzoek al de gebruikelijke bijstand.

De man zat sinds juni 2006 in Peru vast voor een drugsdelict, stelt een woordvoerder van het ministerie. In 2008 kwam hij vrij, maar hij mocht het land niet verlaten. Vervolgens werd hij weer opgepakt in een drugszaak. De man zit nog vast in de Lurigancho-gevangenis bij de hoofdstad Lima, waar hij zijn vriendin ombracht en haar bij zijn cel begroef. Hij wordt hiervoor vervolgd.

De man had zijn vriendin in augustus om het leven gebracht, maar haar lichaam werd pas zondagavond (lokale tijd) gevonden. De man bekende vervolgens dat hij haar had omgebracht, vermoedelijk nadat een discussie uit de hand liep. De vriendin wilde een einde aan de relatie maken, melden Peruaanse media dinsdag. Zij zou hebben verklaard ontrouw te zijn geweest.

Nadat hij haar had opgehangen zou hij het lijk in lakens hebben gewikkeld en het onder zijn bed hebben verstopt. Na vijf dagen heeft hij met behulp van een andere gevangene het lichaam met cement kunnen verbergen. Het is onduidelijk waarom de autoriteiten van de gevangenis niet doorhadden dat de vrouw na haar bezoek de gevangenis niet heeft verlaten. Er is een intern onderzoek gestart.

In het Zuid-Amerikaanse land zitten relatief veel Nederlanders vast voor drugssmokkel. De omstandigheden in de Lurigancho-gevangenis, die als de drukst bevolkte van het land wordt gekenschetst, zijn erbarmelijk. Het ministerie van Buitenlandse Zaken geeft in dergelijke gevangenissen meer consulaire bijstand als gevangenen daar prijs op stellen.


(Foto: Novum)