Hoop vervliegt voor mijnwerkers Nieuw-Zeeland

Redactie

In Nieuw-Zeeland vervliegt de hoop dat 29 mijnwerkers die sinds vrijdag onder de grond zijn opgesloten nog gered kunnen worden. Door de aanwezigheid van explosief methaangas kunnen reddingswerkers de mijn niet binnengaan. Bovendien doen andere gassen vermoeden dat er diep in de mijn een vuur smeult.

Na de explosie hebben maar twee mijnwerkers uit de Pike River Mine op het Zuidereiland weten te ontsnappen. Van de rest, tussen de 17 en 62 jaar oud, is sinds vrijdag niets meer vernomen. De autoriteiten vermoeden dat ze zich op twee kilometer afstand van de uitgang bevonden toen de explosie zich voordeed.

"Iedereen is gefrustreerd, iedereen is ontzet", zegt Laurie Drew, wier 21-jarige zoon Zen wordt vermist. "Ik heb mijn momenten wanneer ik mijzelf bij elkaar kan houden, maar diep van binnen bloedt mijn hart net zoals dat van iedereen."

Reddingswerkers proberen een schacht naar de mijngang te boren om te proberen zich een beeld te vormen van de luchtkwaliteit in gedeeltes van de mijn waar de vermiste mijnwerkers zich mogelijk bevinden. Eventueel laten ze een robot met camera in de mijn zakken. "Wij blijven optimistisch, maar wij houden overal rekening mee, en als onderdeel van dit proces bereiden wij er ons op voor dat er door hetgeen zich onder de grond heeft afgespeeld mensenlevens verloren zijn gegaan", zei hoofdinspecteur van politie Gary Knowles.

De mijnwerkers hadden elk voor een half uur zuurstof bij zich. In de mijn liggen voorraden perslucht, voedsel en drinkwater waarmee ze enkele dagen kunnen overleven.

De mijnen in Nieuw-Zeeland zijn relatief veilig. In de 114 mijnen in het land kwamen bij ongelukken in totaal 181 mensen om het leven. De grootste mijnramp deed zich voor in maart 1896, toen 65 doden vielen bij een gasexplosie.

In de goud- en kopermijn in Chili, waar 33 mijnwerkers na 69 dagen gered konden worden, was geen methaangas.


Weinig hoop voor vastzittende mijnwerkers (Foto: Novum)