OM start onderzoek naar Dutchbat

Het Openbaar Ministerie in Arnhem is een feitenonderzoek gestart naar de rol van Dutchbatters in de massamoord in Srebrenica in 1995. Aanleiding is de aangifte van nabestaanden van slachtoffers van de massamoord tegen de militaire leiding van Dutchbat voor deelname aan genocide en oorlogsmisdaden, meldt advocaat van de nabestaanden Liesbeth Zegveld donderdag.

Alma Mustafic en Hassan Nuhanovic vinden dat generaal Robert Franken, overste Thom Karremans en adjudant Oosterveen hun familieleden de dood in hebben gejaagd door hen op 13 juli 1995 van de compound in Potocari weg te sturen. Franken en Karremans wisten volgens de nabestaanden van de plannen van de Bosnische Serviërs om de moslimmannen te vermoorden.

De overblijfselen van de vader en broer van Nuhanovic werden in 2007 en 2010 in een massagraf gevonden. Van de vader van Alma Mustafic is nooit meer iets vernomen.

Srebrenica viel in de zomer van 1995. Nederlandse blauwhelmen hadden de opdracht de VN-enclave te beschermen, maar konden de tweeduizend zwaar bewapende Serviërs geen tegenstand bieden. Zeven- tot achtduizend mannen uit de enclave werden weggevoerd en vermoord.

De regering kreeg na onderzoek van het Niod het verwijt dat zij haar soldaten in een onmogelijke positie had geplaatst en de VN dat ze de Nederlanders geen luchtsteun had geboden. Het rapport leidde tot het aftreden van de regering van premier Wim Kok (PvdA).