Klokkenluider Bos opnieuw voor de rechter

Redactie

Klokkenluider Ad Bos moet opnieuw terechtstaan voor omkoping van ambtenaren. Dat heeft de Hoge Raad dinsdag bepaald. Zijn zaak moet opnieuw worden behandeld.

In 2005 sprak de rechtbank van Rotterdam hem vrij in een zaak. Aan de overige omkopingen werd hij schuldig verklaard, maar hij kreeg geen straf. Het OM ging daarop in hoger beroep.

Zonder succes, want het gerechtshof in Den Haag oordeelde dat Bos geen eerlijk proces heeft gehad. Justitie zou de klokkenluider te lang aan het lijntje hebben gehouden zonder duidelijk te maken of hij nou verdachte of getuige was, inbreuk op zijn zwijgrecht hebben gemaakt en de indruk hebben gewekt dat hij niet zou worden vervolgd.

Justitie ging daarop in cassatie. Nu stelt de Hoge Raad dat uit de communicatie tussen het OM en Bos niet blijkt dat hij erop kon vertrouwen dat hij niet werd vervolgd. Ook wijst de Hoge Raad er op dat Bos pas na een tijd als verdachte werd aangemerkt. Zo lang hij geen verdachte was, hoefde hij ook niet op zijn zwijgrecht te worden gewezen.

Daarom moet het hof in Amsterdam de zaak opnieuw in behandeling nemen.

Bos bracht in 2001 de bouwfraude aan het licht, nadat hij een schaduwboekhouding van zijn bedrijf openbaar had gemaakt. Hieruit bleek dat op grote schaal prijsafspraken werden gemaakt in de bouwsector, waardoor de prijs kunstmatig hoog bleef. Hierop werd een parlementaire enquête ingesteld.

Bos verloor hierna zijn baan en kwam met zijn vrouw in een camper te wonen. Vorig jaar april sloot Bos een overeenkomst met het ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij kreeg een forse vergoeding omdat hij volgens toenmalig minister van Binnenlandse Zaken Guusje ter Horst 'een onevenredig zware last' had moeten dragen.