VN: vierhonderdduizend vluchtelingen Kirgizië

Redactie

Ongeveer vierhonderdduizend mensen zijn door het etnische geweld in het zuiden van Kirgizië op de vlucht geslagen. Dat hebben de Verenigde Naties donderdag gezegd. Het officiële aantal vluchtelingen is daarmee enorm gestegen. In het gebied is sprake van een humanitaire crisis. Doodsbange mensen zonder voedsel en water zitten in kampen langs de Oezbeekse grens.

Elisabeth Byrs, een woordvoerder van de VN, zei dat ongeveer driehonderdduizend mensen uit hun huizen verdreven zijn, maar wel in Kirgizië zijn gebleven. Rond de honderdduizend mensen hebben hun heil gezocht over de grens met Oezbekistan.

Etnische Oezbeken die in kampen in Oezbekistan zitten zeiden bang te zijn om terug te keren naar Osj. Velen zeiden bovendien geen huis meer te hebben. Vluchtelingen die in Kirgizië zijn gebleven zeiden dat de autoriteiten hen verhinderd heeft naar huis terug te keren.

Vorige week sloeg de vlam in de pan in het zuidelijke deel van Kirgizië. Kirgiziërs namen de wapens op tegen de Oezbeekse minderheid. Het aantal doden als gevolg van het geweld is officieel 223, maar vermoedelijk ligt dit veel hoger. De regering van Kirgizië heeft de afgezette president van het land, Koermanbek Bakijev ervan beschuldigd de twee etnische groepen in het zuiden tegen elkaar te hebben opgezet. Bovendien beschuldigde ze Bakijev van verregaande corruptie en pogingen de drugshandel in het zuiden, een belangrijk doorvoerpunt voor Afghaanse heroïne, in zijn macht te krijgen.

De vice-premier van de interim-regering, Azimbek Beknazarov, zei donderdag dat de autoriteiten op alle toegangswegen in de hoofdstad Bisjkek blokkades hebben opgeworpen. Bovendien is de beveiliging in gevangenissen opgevoerd om te voorkomen dat de clan van Bakijev ook in het noorden oproer kan veroorzaken.