Kirgizië vraagt Rusland weer om hulp
Interim-president Roza Otoenbajeva van Kirgizië heeft de Russische president Dmitri Medvedev dinsdag opnieuw gepolst over het sturen van troepen om de rust in haar land te helpen herstellen. Moskou wees een soortgelijk verzoek in het weekeinde af. Rusland heeft luchtmachtbases in Kirgizië, maar die liggen in het noorden van het land, ver van waar het onrustig is.
Otoenbajeva gaf dinsdag toe dat het werkelijke aantal doden in de onlusten waarschijnlijk 'enkele malen hoger' ligt dan het officiële cijfer van 179. Het Internationale Comité van het Rode Kruis spreekt van 'verscheidene honderden' doden. De vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties zegt dat sinds donderdag tweehonderdduizend mensen voor het geweld op de vlucht zijn. Volgens de VN zijn er aanwijzingen dat het geweld georganiseerd is.
De interim-regering geeft de familie van de in april afgezette president Koermanbek Bakijev de schuld van het geweld. Door de familie Bakijev betaalde huurlingen uit het naburige Tadzjikistan zouden vorige week vanuit geblindeerde voertuigen in de stad Osj op Oezbeken en Kirgiezen hebben geschoten, om de twee bevolkingsgroepen tegen elkaar op te zetten. Enkele opgepakte Tadzjieken hebben dat verklaard, zei plaatsvervangend veiligheidschef Koebat Baibalov.
Bakijev liet vanuit zijn ballingsoord in Wit-Rusland weten niets met het geweld te maken hebben, maar Otoenbajeva zei dat zijn betrokkenheid buiten kijf staat. Met het geweld zou het kamp van Bakijev een voor 27 juni gepland referendum over een nieuwe grondwet willen dwarsbomen. De meeste etnische Oezbeken steunen de interim-regering, terwijl veel Kirgiezen in het zuiden achter Bakijev staan.
De Verenigde Naties en de Europese Unie hebben er bij Kirgizië op aangedrongen het grondwetsreferendum in juni en de parlementsverkiezingen in oktober te laten doorgaan. De chaos in het zuiden is echter zo groot, dat het de vraag is hoe daar binnen twee weken een referendum georganiseerd kan worden. In Osj, waar het geweld donderdag uitbrak, zijn verschillende wijken tot de grond toe afgebrand, terwijl gewapende bendes ook in omliggende steden en dorpen hebben huisgehouden. In Jalal-Abad en omgeving, zeventig kilometer van Osj, was het dinsdag nog steeds onveilig
Tienduizenden Oezbeken zijn in dertig verschillende kampen in Oezbekistan opgevangen. Aan de Kirgizische klant van de grens bij Osj wachtten duizenden vluchtelingen onder erbarmelijke omstandigheden op een kans om de grens over te steken. "Er is geen humanitaire hulp, geen water, dit is erger dan leven als een dier", zei de 21-jarige Fedya Okramov.