Onrechtmatig schietende agenten niet vervolgd

Twee agenten van het politiekorps Drenthe worden niet strafrechtelijk vervolgd voor onrechtmatig schieten tijdens de achtervolging van een voortvluchtige. Het Openbaar Ministerie in Assen meldt donderdag het voldoende te vinden dat de twee een aantekening in hun personeelsdossier hebben gekregen.

Het schietincident vond vorig jaar plaats in de nacht van 12 juli. De twee agenten hielden die nacht een auto aan voor controle omdat de bestuurder opmerkelijk rijgedrag vertoonde en een remlicht defect was. In de auto zaten twee mensen. Na een aantal controles, waaronder een blaastest, werd de bestuurder aangehouden. Hij probeerde echter te vluchten.

De agenten zetten de achtervolging in. Tegen die tijd werd hen ook duidelijk dat de auto gestolen was. Na een wilde achtervolging stopte de wagen en zetten de twee inzittenden hun vluchtpoging te voet voort. De agenten renden achter hen aan. Een van de mannen bleef rennen, waarop de agenten vijf schoten losten. Drie hiervan waren waarschuwingsschoten, twee waren gericht op de benen van de voortvluchtige.

De twee verdachten wisten uiteindelijk toch te ontkomen. Achteraf bleek een passerende auto te zijn geraakt door een politiekogel. De inzittenden van deze auto bleven ongedeerd. De schade aan de auto is inmiddels vergoed.

Uit onderzoek blijkt dat de agenten niet hadden mogen schieten. Dat mogen ze alleen doen als sprake is van een zeer ernstig strafbaar feit of als de verdachte een vuurwapen bij zich heeft. Dat was niet het geval.

Het OM in Assen heeft de korpschef van Drenthe geadviseerd de agenten een disciplinaire maatregel op te leggen. Dat heeft geleid tot de genoemde aantekening in het dossier. Ook het advies om onder meer de opleiding voor agenten op het gebied van schieten aan te scherpen is overgenomen.