Regeringstoestel met oom en tante naar Libië

Redactie

Een Nederlands regeringstoestel is donderdagochtend vertrokken naar Libië met een oom en tante aan boord van het jongetje dat als enige het vliegtuigongeluk overleefde. Dat meldt een verslaggever van de NOS die aan boord is van het vliegtuig.

De identiteit van het jongetje moet nog worden bevestigd, maar het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de veronderstelde familieleden toch meegenomen. Het risico dat de twee geen familie blijken weegt op tegen het belang om te zorgen dat er bekende gezichten aan het bed van het jongetje komen te zitten, meldde het ministerie.

Minister van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen bevestigde donderdagavond in Nova dat het jongetje tegen een medewerker van de ambassade iets zei dat klonk als Ruben. Tegenover het Brabants Dagblad liet een vrouw weten dat ze vermoedde dat het kind haar 8-jarige kleinzoon uit Tilburg is.

De jongen zou met zijn ouders en oudere broer op safari zijn geweest in Zuid-Afrika. De reis stond volgens de oma in het teken van het koperen huwelijk van de ouders.

Luchtvaartmaatschappij Afriqiyah Airways liet donderdagavond weten dat zeker 58 van de 104 inzittenden van het neergestorte vliegtuig Nederlanders waren. Op basis van gegevens van reisorganisaties werd eerder gemeld dat er 62 Nederlanders, onder wie het jongetje, aan boord waren.

Verder waren er zes Zuid-Afrikanen, twee Oostenrijkers, een Duitser, een Zimbabwaan, twee Britten, iemand uit Frankrijk, twee Libische passagiers en elf Libische bemanningsleden aan boord. Van negentien mensen is de nationaliteit nog niet bekend. Mogelijk zijn er onder deze slachtoffers nog Nederlanders.

Aan boord van het regeringsvliegtuig zijn ook zes mensen van het rampenidentificatieteam van het Korps Landelijke Politiediensten. Daarnaast zijn er twee consulaire medewerkers mee die helpen bij de identificatie.