[Special] Terugblik Atlanta '96

Stefan (sportfreak)
De Olympische Spelen in Peking zijn in volle gang. FOK!sport blikt terug op een aantal vorige edities van de Olympische Spelen. Nu de editie van 1996 in Atlanta.

Algemeen
De keuze voor Atlanta als organisator voor de Olympische Spelen in 1996 was verrassend. Exact 100 jaar na de eerste moderne Olympische Spelen in Athene was de verwachting dat de Griekse hoofdstad het evenement mocht gaan organiseren. Athene zou echter te weinig tijd hebben om haar infrastructuur op tijd aan te passen. Verhalen over omkoping van IOC-leden zijn nooit bewezen. Organisatorisch werden de Spelen als een mislukking beschouwd. Het vervoer tussen verschillende locaties zat door files soms volledig vast. Financieel waren de Spelen wel een succes. Dit was vooral dankzij hoofdsponsor Coca-Cola, waarvan het hoofdkantoor in Atlanta zit. De Spelen werden hierdoor door velen als te commercieel gezien.

Eén van de hoogtepunten van de Olympische Spelen vond plaats tijdens de openingsceremonie. De aan Parkinson lijdende bokslegende Muhammad Ali mocht het olympisch vuur ontsteken. Dieptepunt was de bomaanslag in het olympisch park, hierbij vielen twee doden en 111 gewonden.

Het brons
Nederland behaalde in Atlanta 10 bronzen medailles. Bij het zwemmen liet Nederland zien dat het de weg naar boven had gevonden. Na het echec van Barcelona, toen er geen enkele finaleplaats werd gehaald, werden er in 1996 vele nationale records verbroken. Marcel Wouda, Kirsten Vlieghuis en vooral de pas achttienjarige Pieter van den Hoogenband presteerden goed. Het talent Van den Hoogenband werd onverwacht vierde op de 100 meter vrije slag. De enige medailles in het zwembad werden gewonnen door Vlieghuis, ze won brons op de 400 en de 800 meter vrije slag.

Voor het eerst in meer dan zestig jaar won Nederland weer eens een medaille in het zeilen. Roy Heiner werd derde in de Finn-klasse. In het judo won Nederland drie bronzen plakken. Namelijk Claudia Zwiers (tot 66 kg), Mark Huizinga (tot 86kg) en Jenny Gal (tot 61 kg).

Er waren ook een paar zeer verrassende bronzen medailles. Niemand had rekening gehouden met het brons voor Sven Rothenberger in de dressuur. Dit gold ook in het roeien voor duo Irene Eijs en Eeke van Nes in de dubbel twee. In het baanwielrennen was er een enigszins verrassende bronzen medaille voor Ingrid Haringa op de sprint.

Tot slot was er ook nog een bronzen medaille voor de Nederlandse hockeysters. In de wedstrijd om het brons werd na strafballen gewonnen van Groot-Brittannië.

Internationaal
De 100 meter sprint in de atletiek wordt algemeen beschouwd als het koningsnummer van de Olympische Spelen. Die wedstrijd werd gewonnen door de Canadees Donovan Bailey, die met 9,84 een nieuw wereldrecord liep. De 200 meter werd gewonnen door de Amerikaan Michael Johnson. Hij liep een fabelachtig wereldrecord van 19,32, een verbetering van het oude record met iets meer dan drie tienden. Tot op de dag van vandaag is er niemand in de buurt gekomen van deze tijd. Tyson Gay liep vorig jaar met 19,62 de tweede tijd ooit. Het verspringen werd gewonnen door Carl Lewis, die hiermee zijn negende Olympische gouden medaille won.

De Ierse zwemster Michelle Smith won drie keer goud, op de 200 en 400 meter wisselslag en de 400 meter vrije slag. Er gingen al snel dopinggeruchten en in 1999 werd Smith bij een dopingtest positief bevonden en geschorst. Smith was niet de meest succesvolle zwemster in Atlanta. Dit was de Amerikaanse Amy Van Dyken. Ze won de 50 meter vrije slag, de 100 meter vlinderslag, 4x100 meter vrije slag en de 4x100 meter vlinderslag.

In het turnen leek bij de dames het goud in de landenwedstrijd naar Amerika te gaan. Als laatste moest Kerri Strug in actie komen bij het paardspringen, maar zij had eerder een blessure opgelopen. Ze sprong toch, landde op één been en bezorgde zo Amerika het goud.

Het zilver
In tegenstelling tot het brons op de sprint voor Haringa, dat verrassend was, was het zilver op de puntenkoers een kleine teleurstelling. Bij de laatste sprint, waarop dubbele punten te verdienen waren, moest Haringa winnen en mocht Nathalie Lancien geen tweede worden. Haringa won maar Lancien werd tweede, waardoor het goud naar de Italiaanse ging.

In de dressuur werden twee zilveren medailles gewonnen. In de landenwedstrijd moest Nederland traditiegetrouw Duitsland voor laten gaan, individueel werd Anky van Grunsven samen met Bonfire tweede achter de Duitse Isabella Werth.

In het zeilen werd een zilveren medaille gewonnen door Margriet Matthijsse in de Europe-klasse. Tot slot was er nog verrassende zilveren medaille in roeien voor het duo Pepijn Aardewijn en Maarten van der Linden in de dubbel twee.

De teleurstellingen
Niet voor alle Nederlanders verliepen de Olympische Spelen succesvol. De judoka Angelique Seriese was wereldkampioen in de klasse tot 72 kg. Ze verloor echter al in de eerste ronde. In het roeien werd de Nederlandse vrouwenacht als kandidaat voor een medaille gezien, ze werden echter slechts zesde. Daarnaast werd het zeer succesvolle tennisduo Paul Haarhuis en Jacco Elthingh als zekerheid gezien voor een medaille. Ze verloren in de halve finale na een zinderende wedstrijd van hun aartsrivalen Todd Woodbridge en Mark Woodforde. Het werd 18-16 in de beslissende derde set. Dit verlies kwam zo hard aan dat ook de wedstrijd om het brons, tegen het Duitse duo Marc-Kevin Goellner en David Prinosil, verloren ging.

Linford Christie, de Olympisch kampioen van 1992, werd op de 100 meter sprint na twee valse starts gediskwalificeerd. Er waren meer toppers in de atletiek waarvoor de Olympische Spelen op een drama uitliepen. Jacky Joyner-Kersee was de onbetwiste favoriet voor het goud op de zevenkamp, maar zij moest geblesseerd de strijd staken. Ook de olympische droom van polsstokhoogspringer Sergei Bubka viel in duigen. Vier jaar eerder in Barcelona haalde hij de aanvangshoogte niet, in Atlanta kon hij door een blessure niet eens van start gaan.

Het goud
In het roeien wonnen de Nederlandse mannen goud in de acht. De Holland Acht was een project dat vier jaar lang liep met maar één doel, goud in Atlanta. In 1996 was de ploeg het hele jaar oppermachtig en ook op de Olympische Spelen was het duidelijk de sterkste.

In Atlanta was het mountainbiken voor het eerst een olympische sport. Bart Brentjens, de wereldkampioen van 1995, was de gehele wedstrijd oppermachtig. Hij reed na een uur al weg bij zijn enige concurrent, de Italiaan Bramati, terwijl de wedstrijd 2,5 uur duurde. Brentjens won de wedstrijd uiteindelijk met grote voorsprong.

Ook was er goud voor de mannen hockeyploeg. In de finale tegen Spanje kwam het nog wel met 1-0 achter. Drie benutte strafcorners, tweemaal Floris Jan Bovelander en eenmaal Bram Lomans, brachten Nederland de overwinning.

Tot slot wonnen ook de volleyballers goud. Zij begonnen in 1985 met het zogenaamde Bankrasmodel. Alleen maar samen trainen en spelen met maar één doel, goud in Barcelona 1992. Toen werd het zilver, waarna de spelers vertrokken naar buitenlandse competities. Vier jaar later dan gepland werd het alsnog goud. In een zinderende finale werd aartsrivaal Italië verslagen. Na onder meer een matchpoint tegen won Nederland de vijfde set met 17-15. Een paar jaar later werd het goud van de volleyballers door het Nederlandse publiek gekozen tot sportmoment van de eeuw.