Onrust in F1 door dure superlicentie

GPDA-voorzitter Fernando Alonso heeft met stakingsacties in Silverstone gedreigd als de FIA de tarieven voor de superlicentie niet naar beneden bijstelt. Begin dit jaar verhoogde de FIA de prijzen fors om mindere coureurs buiten de deur te houden.

Tegenwoordig kost een superlicentie ¤10.000, terwijl dit in het verleden ¤1.500 was. Ook per punt moet er worden afgerekend, iets wat ¤2.000 per punt kost. De beste rijders in de Formule 1 moeten hierdoor meer dan ¤200.000 aan de FIA afdragen om te mogen rijden. Dit vinden de coureurs toch te veel worden.

Robert Kubica, die wel GPDA-lid is, is het eens met Alonso over de dreiging: "Het is onzin om de ene coureur meer te laten betalen dan de ander, alleen omdat de een in een topteam rijdt en de ander niet," aldus de Pool die meer dan tien procent van zijn salaris aan de FIA over mag maken.

De Pool kreeg bijval van niet-GPDA-leden Lewis Hamilton, Felipe Massa en Kimi Räikkönen. De laatste geeft zijn mening hierover: "Ik denk niet dat dat het juiste middel is om je zin te krijgen. Er kan vast wel een compromis worden gesloten." Wat dat compromis moet zijn, laat de Fin in het midden.