EK allround: Kramer pakt Europese titel

Sven Kramer is voor het eerst in zijn loopbaan Europees Kampioen allround en daarmee de opvolger van de Italiaan Enrico Fabris. Op de 10.000 meter wist Kramer een nieuw wereldrecord op buitenijs neer te zetten en daarmee de afstand te winnen.

De eerste Nederlander op het ijs was Wouter Olde Heuvel in de derde rit. Hij moest het opnemen tegen de Noor Eskil Ervik. De Nederlander pakte vanaf de start een kleine voorsprong op de Noor. Op de 2800 meter reed Olde Heuvel zijn eerste 33'er maar hij wist Ervik op een achterstand van een seconde te houden. Ervik wist op de 4.400 meter Olde Heuvel voorbij te gaan, maar de Nederlander kon aanklampen bij de Noor en beiden wisten terug te keren in rondes van 32 seconden. Na 6.800 meter moest de Nederlander toch afhaken bij Ervik, de Noor bleef 32 rijden, terwijl Olde Heuvel weer in de 33 seconden belandde. Met nog drie ronden te gaan was Olde Heuvel al bijna in de 35 geraakt, Ervik wist rondjes van 32 seconden te blijven rijden. Ervik eindigde uiteindelijk in een tijd van 13.36,62, Olde Heuvel kwam na 13.54,40 over de finish.

In de vierde rit moest Mark Tuitert het opnemen tegen de Rus Ivan Skobrev.Tuitert opende snel, en wist een kleine voorsprong te nemen op Skobrev. De Rus wist na 2.800 meter Tuitert voorbij te gaan doordat hij in de 32 bleef rijden, terwijl de Nederlander in de 33 terecht kwam. Tuitert liet de achterstand op de Rus echter niet meer oplopen dan twee seconden. Op 7200 meter was de voorsprong van Skobrev op Tuitert al opgelopen naar vijf seconden, de Rus bleef in de 32 rijden terwijl Tuitert rondjes van in de 34 seconden neerzette. De Nederlander wist rondjes van 34 ook niet vol te houden, en reed rondjes van 35-hoog. Ook Skobrev begon het moeilijk te krijgen, met nog twee ronden te gaan begon hij 33-hoog te rijden. Uiteindelijk finishde hij in een tijd van 13.45,01, Tuitert kwam tot 14.05,27.

De eennalaatste rit ging tussen de Noor Bökko en de Italiaan Enrico Fabris. Beide heren begonnen snel aan hun rit. Tot de 2800 meter wisten ze beiden rondjes van in de 31 te rijden. Op 3200 meter wist de Italiaan een kleine voorsprong te nemen op de Noor. Beide heren waren toen nog wel sneller dan het wereldrecord op buitenijs van Bob de Jong. Fabris bleef in de 32-laag reden en de Noor kon volgen. Op de 6800 meter wist de Italiaan te versnellen naar een rondje van 31,5 en de rondes daarop in de 31-hoog te blijven. Vier rondes voor het einde moest Bökko Fabris alsnog laten gaan omdat hij het tempo van de Italiaan niet meer kon volgen. Uiteindelijk finishde de Italiaan in een tijd van 13.21,51, een nieuw wereldrecord op buitenijs, de Noor kwam tot 13.27,38.

De laatste rit ging tussen de Nederlanders Carl Verheijen en Sven Kramer. Beide mannen gingen hard van start. Op 1.800 meter was Kramer 2 seconden sneller dan Fabris, op wie hij net geen seconde mocht verliezen. Verheijen pakte een kleine voorsprong op zijn teamgenoot, maar beiden bleven lage 31-ers rijden. Een paar ronden later wist Kramer Verheijen voorbij te rijden, en op 3.600 meter was hij 4,5 seconden sneller dan Fabris.
Op 4800 meter was het verschil tussen Kramer en Fabris al opgelopen naar ruim 5 seconden. Een ronde later wist Fabris toch iets terug te pakken nadat Kramer een 32'er reed. Op de 6400 meter moest Verheijen ietwat afhaken bij zijn teamgenoot, die inmiddels bijna zes seconden sneller was dan Fabris. Verheijen wist een paar ronden later toch weer te versnellen en in de ronden sneller te zijn dan Kramer en aan te klampen. Met nog drie ronden te gaan was het verschil met Fabris 5.3 seconden en kon de Europese titel Kramer niet meer ontgaan. Kramer wist echter weer weg te lopen bij Verheijen met een rondje van 29,6. Kramer finishde in een tijd van 13.10,44 met een rondje 29,1.

Eindklassement: