Column: Het Herbert Syndroom

Ed (Ared)
Misschien dat oudere kijkers hetzelfde probleem wel herkennen bij coureurs die ver voor Johnny Herbert volledig onherinnerbaar hun rondjes reden, maar bij ons viel het voor het eerst op bij de sympathieke Brit. Het Herbert Syndroom.

Je kent het wel, die rijders waarvan je altijd vergeet dat ze meedoen. Iemand vraagt je de uitslag en je kunt van de top tien maar negen namen geven, je mist dus iemand. Je denkt, peinst, redeneert en gaat uiteindelijk maar alle rijders van alle teams opnoemen tot je de missende coureur tegenkomt. Na er wat op gelet te hebben blijkt dat het dezelfde rijder is die je steeds vergeet, en dat iedereen dat wel lijkt te hebben bij die rijder.

Laat me hier heel duidelijk over zijn: het zijn absoluut geen slechte coureurs. Slechte coureurs zie je spinnen, gelapt worden, of vallen op een andere manier tegen. Ze vallen dus op, al is het in negatieve zin. Nee, het gaat hier om rijders die last hebben van de mysterieuze conditie, dat toeschouwers vergeten dat deze rijders überhaupt meedoen. Dat is natuurlijk funest voor je ambities als rijder. Je ziet ze dan ook zelden bij een topteam. Om daar terecht te komen moet je opvallende prestaties neergezet hebben, en dat doen ze nou net niet.

Naast de baan zijn het vaak heel joviale types. Herbert was bijvoorbeeld altijd wel in voor een geintje en McNish zal de collectieve herinnering van Nederlandse Formule 1 fans in gaan vanwege het grappige “Voorspellen met Allan”. Maar wat de slachtoffers van het Herbert syndroom gemeen hebben, is dat ze volledig onzichtbaar zijn tijdens de race. Je ziet ze niet, hoort niets over ze, ze finishen keurig, en je vergeet dat ze meegereden hebben.

Heidfeld is ook typisch zo’n coureur. Won in de lagere raceklassen alles wat er te winnen viel, en vaak op dominante wijze. Hij deed het ook prima in de Formule 1 - hij versloeg bijvoorbeeld Raikkonen in 2001 op vrijwel alle vlakken: kwalificaties 10-7, finishes 4-3 (in races die ze allebei uitreden), punten 12-9. Ondanks dat werd Kimi voor veel geld naar McLaren gehaald. Nick, die nota bene onder contract stond bij Mercedes, bleef gedesillusioneerd achter, en begon terug te vallen op de grid.

Laten we eerlijk zijn: Heidfelds carrière was zo goed als afgelopen aan het eind van vorig seizoen. Maar door het vertrekken van Montoya en Schumacher, en de blunders bij het aantrekken van Hakkinen en Button, zat Williams opeens zonder een degelijke tweede rijder. Behoorlijk onverwacht mocht Heidfeld het tijdens wintertests opnemen tegen Pizzonia (boze tongen zouden kunnen beweren dat het iets met BMW en zijn Duitse paspoort te maken had), en verdiende daarmee toch een plek in een topteam.

Tot de Grand Prix van Monaco leek het met Nick toch weer dezelfde kant op te gaan. Op de baan geruisloos achter Webber te vinden, nauwelijks aandacht voor zijn races in de pers. “Heidfeld is een robot,” kopte een van de weinige artikelen. Sam Michael vertelt over het gebrek aan emotie tijdens zijn rondjes; niet iets wat ik niet al verwacht had. “Heidfeld rij-instructeur voor tennissers,” wist marginaal meer aandacht te trekken. Ik zou het namelijk veel logischer gevonden hebben als Heidfeld tennisinstructeur voor rijders was geworden. Ik zag Montoya zich al inschrijven voor de lessen.

Maar opeens heeft Heidfeld twee podiumplaatsen op rij gehaald. In Monaco pakte hij brutaal de tweede plaats voor het algemeen erkende talent Webber, maar waar Webber ronden lang opvallend in gevecht was met Alonso, ging Heidfeld beide spectaculoos voorbij. In Europa heeft hij een pole position neergezet, maar ondanks de mooie tweede plaats in de race blijf ik twijfelen. Feilloos gereden, maar weer geen race die ik me ga herinneren.

Is dit de grote doorbraak voor het miskende genie Heidfeld, of zullen we ons in 2007 toch allemaal afvragen wie in 2005 ook al weer de teamgenoot van Webber was? Eén ding is zeker, alleen goed presteren is niet voldoende - de teambazen moeten het zich wel kunnen herinneren. Misschien nog wel belangrijker: in de Formule 1 rijdt een auto geen meter zonder geld. Geld komt van sponsors en sponsors houden van aandacht. En dat is nou net waar het de arme slachtoffers van het Herbert syndroom aan ontbreekt. Aandacht.