Trulli: Wat hij kan, kan ik ook

Redactie FOK!frontpage
Jarno Trulli weet zeker dat hij net zo snel is als Fernando Alonso, zijn Spaanse teamgenoot bij het Franse team van Renault.

Met name bij de eerste GP's leek Trulli zijn teamgenoot niet bij te kunnen houden. Naar mate het 2003-seizoen verloopt, lijkt het tij echter te keren, omdat Alonso's prestaties wat terugzakken. Op de vooravond van de Britse GP, voelt Trulli de noodzaak om zichzelf te verdedigen.

"Al sinds het begin van dit seizoen doe ik het best goed", vertelt Trulli, die last lijkt te hebben van het Jos Verstappen-syndroom, aan het tijdschrift Autosport. "Het enige probleem is dat ik nauwelijks de kans krijg om het te laten zien".

De Italiaan klaagt over de vele technische problemen die hij heeft gehad, "waardoor ik een slechte coureur leek en veel mensen kritiek hadden". Ondertussen wist teamgenoot Alonso drie podiums binnen te slepen en éénmaal van pole position te vertrekken. Trulli zegt echter dat hij die bewuste pole position op het F1-circuit in Maleisië alleen maar aan zijn neus voorbij zag gaan, omdat hij voor één ronde meer brandstof bij zich had dan Alonso. "De kwalificatie draait heel sterk om de hoeveelheid brandstof".

Toch draait het bij Jarno allemaal niet om de pole. Hij zal nooit met extreem weinig brandstof rijden tijdens de kwalificatie, zodat het lijkt alsof hij snel gaat. "Nee, dat vind ik niet nodig. Alonso doet het heel goed en hij is ontzettend snel. Ik wil alleen maar zeggen dat ik even goed ben als hem. Wat hij kan, kan ik ook."